Deze middag bespreken we de kracht van het denken. Dit is
een onderwerp waar we keer op keer en op verschillenden manieren op terugkomen
omdat het de kern raakt van Een Cursus in Wonderen, met name dat we een
denkgeest hebben en dat deze denkgeest over alle kracht over Hemel en aarde beschikt
en zoals Jezus dit in zijn Cursus leent uit de Bijbel. In feite is het de
kracht om voor de Hemel te kiezen of voor de aarde wat, in deze context, gelijk
staat aan het ego.
Waar ik het hier nu in het bijzonder wil over hebben is de
vergelijking van de betekenis die de Cursus geeft aan de kracht van het denken
en het gebruik van het denken, met wat tegenwoordig overheerst in vele
spirituele richtingen die nu gangbaar zijn en dat is de manier waarop de mensen de
kracht van het denken gebruiken of geloven dat ze kunnen gebruiken om dingen
gedaan te krijgen in de wereld waarbij ze voelen dat hun denkgeest dingen kan
aantrekken, dat men denkt dat men dingen kan aantrekken zowel goede als
slechte, positieve of negatieve, gezondheid of ziekte, goede dingen die in hun
leven gebeuren, slechte dingen die in hun leven gebeuren.
Vele studenten van Een Cursus in Wonderen worden tot dit
soort denken aangetrokken en denken dat ze werkelijk de Cursus leren, maar op
een andere manier. Mijn punt hier nu is dat dit twee dingen zijn die precies
tegenover elkaar staan. Ze zijn niet hetzelfde.
Er zijn twee manieren om de duidelijke verschillen te
begrijpen tussen hoe de Cursus de denkgeest en ons gebruik van de kracht van
het denken ziet en op welke manier die spirituele richtingen er gebruik van maken. En
laat mij toe hier iets aan te halen, iets wat ik vele keren aanhaal: de Cursus
vergelijken met andere denksystemen en kijken naar andere systemen gezien
vanuit het perspectief van de Cursus is niet beweren dat de Cursus beter is,
het is gewoon dat de Cursus anders is.
De Cursus maakt het aan de hand van zijn drie boeken heel duidelijk hoe anders de leer van Een Cursus in Wonderen is dan die van het traditionele bijbelse Christendom. Jezus zegt niet dat wat er in de Bijbel staat verkeerd is of dat men, wanneer men de Bijbel volgt, men niet terug zal keren naar huis. Hij zegt enkel dat het een andere vorm van spiritualiteit is.
De Cursus maakt het aan de hand van zijn drie boeken heel duidelijk hoe anders de leer van Een Cursus in Wonderen is dan die van het traditionele bijbelse Christendom. Jezus zegt niet dat wat er in de Bijbel staat verkeerd is of dat men, wanneer men de Bijbel volgt, men niet terug zal keren naar huis. Hij zegt enkel dat het een andere vorm van spiritualiteit is.
Wanneer je nu vanuit het standpunt van de Cursus bijvoorbeeld
naar de Bijbel kijkt - om te blijven bij wat ik daarnet heb aangehaald - en de
manier waarop de mensen de Bijbel in praktijk hebben gebracht dan kan je zien
hoe verschillend dit is van de Cursus en hoe het in feite een ander denksysteem
van het ego weerspiegelt.
Wanneer je het bekijkt vanuit het ander standpunt, vanuit
het standpunt van de Bijbel naar de Cursus, dan wordt gezegd dat de Cursus het
werk van de duivel is.
Jezus zei ooit tegen Helen: ‘Neem het pad van iemand anders
niet aan als jouw pad en oordeel hier ook niet over. Je moet het pad dat voor
anderen dienstbaar is niet gebruiken wanneer dit nu voor jou gemaakt is.’
Dus nogmaals, wanneer we het hebben hoe de Cursus anders
kijkt naar de denkgeest dan andere nu gangbare spiritualiteiten, dan zeggen we
hier enkel mee dat zij een andere vorm van de universele cursus vertegenwoordigen.
Er zijn dus twee belangrijke manieren waarop we naar deze verschillen kunnen
kijken.
Wanneer we het hebben over het gebruik van het denken om
dingen gedaan te krijgen in deze wereld dan gaan we ervan uit dat er een
uiterlijke wereld is en dat er dingen in de wereld zijn die betekenis hebben
voor ons, die belangrijk zijn voor ons, die van belang zijn voor ons of voor onze
geliefden of voor de wereld in het algemeen. Dit gaat echter regelrecht in op
de fundamentele metafysische basis van Een Cursus in Wonderen die zegt dat er
geen wereld is.
‘Ideeën verlaten hun bron niet.’ De gedachte van de
afscheiding heeft zijn bron via projectie nooit verlaten om op die manier een
wereld van afscheiding te maken, het fysieke universum of de kosmos.
Hier kan je dus het grote verschil zien: de focus van de Cursus is altijd gericht op de denkgeest en niet op wat de denkgeest doet in de wereld. Want, trouwens, hoe kan een denkgeest in de wereld iets doen wanneer er helemaal geen wereld is? Gezien vanuit de non-dualistische metafysica van Een Cursus in Wonderen is dit totaal zinloos.
Hier kan je dus het grote verschil zien: de focus van de Cursus is altijd gericht op de denkgeest en niet op wat de denkgeest doet in de wereld. Want, trouwens, hoe kan een denkgeest in de wereld iets doen wanneer er helemaal geen wereld is? Gezien vanuit de non-dualistische metafysica van Een Cursus in Wonderen is dit totaal zinloos.
Een tweede belangrijk verschil is dat wanneer men het heeft
om de kracht van het denken te gebruiken om dingen te verkrijgen in de wereld,
dat er dingen werken in de wereld, dan gaan men uit van de veronderstelling dat
men weet wat het beste is voor zichzelf.
Je hebt de eerste werkboeklessen waar les 24 zegt: ik weet
niet wat mijn hoogste belang is? Hoe zou ik in staat zijn te weten – en met
‘ik’ bedoel ik het ego. De ‘ik’ is een lichaam dat gelooft dat het interactief
is met andere lichamen of dat het nood heeft aan bepaalde dingen of
doelstellingen. Hoe kan ik, als een ego, weten wat in mijn hoogste belang is?
Alles wat in het hoogste belang is, is alles wat het ego groter maakt, die het
denksysteem dat het ontstaan gaf aan het ego vergroot, die het ego in stand
houdt en het telkens en telkens weer aansterkt; alles wat ik dus doe dat
gesteund is op wat ik wil of denk dat ik wil of wat goed is voor mij of voor
mijn geliefden of hoe de wereld van mijn ego moet zijn.
Dit betekent dus dat ik niet weet wat mijn hoogste belang is omdat mijn hoogste belang altijd te maken heeft met het verlaten van deze wereld in zijn geheel, de uiterlijke wereld te verlaten - en we hebben het nu niet over het sterven hier, we hebben het nu over bewustzijn – de uiterlijke wereld verlaten omdat ik wil weggaan van de wereld die binnenin is, namelijk het denksysteem van afscheiding die de wereld gemaakt heeft.
Dit betekent dus dat ik niet weet wat mijn hoogste belang is omdat mijn hoogste belang altijd te maken heeft met het verlaten van deze wereld in zijn geheel, de uiterlijke wereld te verlaten - en we hebben het nu niet over het sterven hier, we hebben het nu over bewustzijn – de uiterlijke wereld verlaten omdat ik wil weggaan van de wereld die binnenin is, namelijk het denksysteem van afscheiding die de wereld gemaakt heeft.
Deze twee belangrijke verschillen onderscheiden de Cursus
van andere spiritualiteiten. Het feit is dus dat het gebruiken van de kracht
van het denken gericht is op wat de denkgeest binnen zichzelf doet: kiezen voor
het ego als zijn leraar of voor de Heilige Geest of Jezus als zijn leraar.
Kiezen voor oordeel als zijn manier van denken of voor de visie van vergeving
als zijn manier van leven. En ten tweede, het idee dat ik weet wat het beste is
voor mij en wat juist is voor mij.
De hele Cursus is opgebouwd op de gedachte dat wij niet
weten wat het beste is voor ons omdat we dit vragen aan de enige in het
universum die het niet weet wat goed is voor ons, nl. het ego en wat enkel is
om het ego en zijn denksysteem te vergroten.
De basisregel dus van Een Cursus in Wonderen is dat Jezus
wil dat we onze aandacht van de wereld buiten ons, van onze relaties die buiten
ons lijken te zijn, terugtrekken, dit terugbrengen naar binnen zodat we ons
uitsluitend richten op de enige ware relatie, de relatie met hem of met de
Heilige Geest die een weerspiegeling is van onze ultieme relatie met God. En
kiezen voor Jezus als onze leraar betekent kijken naar onze relatie met het ego
en zeggen: dit is een vergissing die ik niet langer wil.
Op die manier komt de verlossing via Een Cursus in Wonderen
en niet door het beter maken van onze lichamen of door onszelf beter te voelen,
maar door ons te helpen om ons werkelijk beter te voelen door het denksysteem
van het ego volledig los te laten.