Deze les introduceert het thema ‘nederigheid’ omdat we er zo
zeker van zijn te weten wat het beste is voor ons en voor de ander … . Zoals in
deze les duidelijk wordt gemaakt is de manier waarop we denken in zekere zin te
begrijpen. Op de een of andere manier werd ons geleerd goed voor onszelf te
zorgen, want wie anders zou dat doen, we hebben geleerd dat we de wereld niet
kunnen vertrouwen; we zijn er niet op ingesteld dat er onmiddellijk aan onze
behoeften wordt voldaan, fysiek noch emotioneel. We kunnen zelfs onze ouders
niet helemaal vertrouwen, want zelfs de beste ouders, volgens het oordeel van
de wereld, zijn er niet altijd voor ons. Een deel van ons leert dus om voor
onszelf te zorgen: we kunnen niemand voor de 100% vertrouwen. De opzet van deze
les is daarom de overtuiging, dat we weten wat best is voor ons, te corrigeren.
(1) In geen enkele
situatie die zich aandient weet je welke uitkomst jou gelukkig zou maken.
Daarom heb je geen leidraad voor juist handelen, noch een maatstaf om het
resultaat mee te meten. Wat je doet, wordt bepaald door jouw waarneming van de
situatie en die waarneming is onjuist. Het is dan ook onvermijdelijk dat jij
niet je hoogste belang dient. Toch vormt dat je enige doel in iedere situatie
die juist wordt waargenomen. Anders zal je niet inzien wat het inhoudt.
Jezus zegt hier dat we geen leidraad hebben omdat we onszelf
als gids hebben gekozen zoals hij het ook verwoordt in de tekst: ‘Neem nu
ontslag als je eigen leraar … want je werd slecht onderwezen’ (T. 12. V.8:3;
T28.I.7:1). De beste waarborg is dus om hem (Jezus) als gids te kiezen. Weten
wat in ons hoogste belang is, is veronderstellen dat we inderdaad onze
behoeften, problemen en verlangens kennen. Het spreekt voor zich dat we alleen
dan weten hoe we tegemoet moeten komen aan onze noden, hoe we onze problemen
moeten oplossen en hoe we onze verlangens kunnen vervullen.
Nochtans, zoals we
reeds duidelijk gezien en geleerd hebben zijn de wereld en het lichaam
letterlijk gemaakt om het probleem van de afscheiding in onze denkgeest voor
ons verborgen te houden.
Daarom vormen onze behoeften en problemen slechts een waas
waarvan het doel is onze aandacht te vestigen op onze lichamen – fysiek en
psychisch – en ons af te leiden van de denkgeest waarin zowel het probleem als
het antwoord, gevonden wordt.
(2) Als jij inzag dat
je niet ziet wat je hoogste belang is, zou jou dat geleerd kunnen worden. Maar
gezien je overtuiging dat jij wél weet wat dat is, ben je niet tot leren in
staat. Het idee voor vandaag is een stap op weg naar het openen van je
denkgeest zodat je kunt beginnen met leren.
De nederigheid die nodig is, is erkennen dat je niet weet wat
het beste is voor je en dat er Iemand binnenin jou is Die het wel weet en aan
Wie je hulp kunt vragen. De volgende stap is je te realiseren hoezeer je Zijn
hulp niet wil en wanneer je toch om hulp vraagt dit vaak is om je te helpen
volgens je eigen voorwaarden, waardoor jij je investering in het geloof dat jij
weet wat het probleem en het antwoord
is, niet opgeeft. Bovendien waarom zou je iets kunnen leren wanneer je al
gelooft dat je het antwoord kent? Hoe zou Hij je dan nog kunnen helpen wanneer
je het antwoord op je vraag of de oplossing voor je probleem toch kent? Jezus
vindt het daarom nodig dat je begrijpt dat je
het niet weet. Hij leert je dus dat werkelijke leren afleren is. Je kan de
waarheid niet leren kennen als je denkt die reeds te kennen. Daarom drukt Jezus
zijn studenten op het hart om steeds aandacht te geven aan het aspect van het
ongedaan maken (zie bv. T. 1. I. 26:2-3, T. 28. I. 1:1-4, Wd2. 2.3:1-3, HvL. 4.
X. 3:6-7).
Jezus vraagt genoeg vertrouwen in hem te stellen wanneer je al je overtuigingen opzij zet en oprecht zegt: ‘ik weet niet wat mijn hoogste belang is.’
Jezus vraagt genoeg vertrouwen in hem te stellen wanneer je al je overtuigingen opzij zet en oprecht zegt: ‘ik weet niet wat mijn hoogste belang is.’
(3) De oefeningen
voor vandaag vragen veel meer eerlijkheid dan je gewoonlijk opbrengt. Bij alle
vijf oefenperioden die vandaag moeten worden gedaan, is het van meer nut enkele
onderwerpen eerlijk en zorgvuldig te onderzoeken dan een groot aantal meer oppervlakkig
te verkennen. Voor elk van de perioden van gedachtenonderzoek die de oefeningen
behelzen, wordt twee minuten aanbevolen.
Wanneer we onze gedachten onderzoeken, denken we dat we ons
brein onderzoeken. We moeten echter bewust worden van het onderscheid in Een
Cursus in Wonderen tussen het brein en de denkgeest. Het is een begrijpelijk
misverstand wanneer je de bijna complete identificatie met het lichaam in
overweging neemt. We vergeten dat ons brein een verdediging is. Wanneer de
wereld gemaakt is als een aanval op God, dan is ook het lichaam als een aanval
op God gemaakt en het brein is een van de belangrijkste organen van het
lichaam: het beheerst ons denken, wat we waarnemen, zeggen en doen.
Jezus vraagt ons om tot hem te komen en te zeggen: ‘ik begrijp
helemaal niets. Alsjeblief leer het me.’ We moeten er ons bewust van worden hoe
moeilijk dit is gezien er een deel in ons is dat gelooft alles te weten wat het
best voor ons is.
(4) Je dient de
oefenperioden te beginnen met het herhalen van het idee van vandaag, om
vervolgens met gesloten ogen je denkgeest te doorzoeken op onopgeloste
situaties waarover je momenteel bezorgd bent. De nadruk moet worden gelegd op
het blootleggen van de door jou gewenste uitkomst. Je zult snel inzien dat jij
een aantal doelen in gedachten hebt als onderdeel van de gewenste uitkomst, en
ook dat deze doelen op verschillende niveaus liggen en vaak met elkaar in
conflict zijn.
Je kan in deze instructies van Jezus ook duidelijk zien hoe
we niet weten wat het beste voor ons is. Hoe zouden we? Voor het geval we
hierover enige twijfel zouden hebben maakt de volgende oefening dit helder:
(5) Noem bij het
toepassen van het idee voor vandaag iedere situatie die in je opkomt, en som
dan nauwkeurig zoveel mogelijk doelen op die jij als oplossing van de situatie
verwezenlijkt zou willen zien. Elke toepassing dient ruwweg de volgende vorm te
hebben:
In de situatie met
betrekking tot _________ zou ik graag willen dat _________ gebeurt en _________
gebeurt,
enzovoort. Probeer zoveel verschillende uitkomsten te vermelden als zich in alle eerlijkheid maar aan je voordoen, zelfs al lijken sommige niet direct verband te houden met de situatie of er zelfs helemaal niet bij te horen.
enzovoort. Probeer zoveel verschillende uitkomsten te vermelden als zich in alle eerlijkheid maar aan je voordoen, zelfs al lijken sommige niet direct verband te houden met de situatie of er zelfs helemaal niet bij te horen.
Dit zet gelijk de stap voor de volgende alinea die het thema
van deze les bevat:
(6) Als je deze
oefeningen correct doet, zal je al snel inzien dat je een groot aantal eisen
aan de situatie stelt die er niets mee te maken hebben. Je zult ook inzien dat
veel van je doelen tegenstrijdig zijn, dat je geen eenduidige uitkomst in
gedachten hebt en dat jij je in enkele van je doelen, hoe de situatie ook
uitpakt, onvermijdelijk teleurgesteld zult voelen.
De boodschap van deze les is daarom dat als wij heel eerlijk
zouden zijn wij de tegenstrijdige aard van onze verlangens en doelstellingen
zouden herkennen, wat onvermijdelijk is wanneer je in overweging neemt dat wanneer
je je hoogste belang niet kent het onmogelijk is doelstellingen te hebben die
niet in conflict zijn. Voor onze ego’s is dit belang zelfbehoud.
De laatste alinea van deze les benadrukt nog eens het thema
die we moeten leren willen we met succes het leerplan van Een Cursus in
Wonderen voltooien:
(7) Nadat je de lijst
van zoveel mogelijk verhoopte doelen hebt doorlopen, zeg je voor elke
onopgeloste situatie die in je denkgeest opkomt, bij jezelf:
Ik zie niet wat mijn hoogste belang is in deze situatie.
en dan ga je verder
met de volgende.
Jezus wil dat we deze les uitbreiden naar alle situaties in
ons leven. En om zeker te zijn dat we dit punt niet zouden missen of vergeten,
zet hij dit onderricht verder in de volgende les.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten