De Cursus is een proces. Zo is het voor iedereen, tenzij je
een spiritueel genie bent die vrijwel al verlicht is … dit is een proces dat
tijd en werk kost. … het is een levenslang spiritueel pad. Er zijn talloze
beloningen onderweg, enkele daarvan wonderschoon en heel onverwacht, maar zij
gebeuren binnen een moeilijk proces. In het Handboek der Leraren spreekt de
Cursus over een periode van destabilisatie:
De volgende fase is voorwaar ‘een periode van destabilisatie’. Nu moet de
leraar van God gaan begrijpen dat hij niet werkelijk wist wat waardevol was en
wat waardeloos. Al wat hij tot dusver werkelijk heeft geleerd is dat hij het
waardeloze niet wilde en het waardevolle juist wel. Maar om hem het verschil
hiertussen te leren was zijn eigen schifting van geen betekenis. Het denkbeeld
‘offeren’ dat zo’n centrale plaats in zijn eigen denksysteem inneemt, heeft het
hem onmogelijk gemaakt te oordelen. Hij dacht dat hij bereidwilligheid had
geleerd, maar nu ziet hij in dat hij niet weet waar deze bereidwilligheid toe
dient. En nu
moet hij een toestand bereiken die misschien voor een hele lange tijd
onbereikbaar blijft. Hij dient te leren alle oordelen terzijde te leggen en in
iedere situatie alleen te vragen wat hij werkelijk wil. Werd niet
elke stap in deze richting zo nadrukkelijk bekrachtigd, dan zou het inderdaad
moeilijk zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten