maandag 12 november 2018

Les 68 – Liefde koestert geen grieven. – deel 3


(5:1) Begin de uitgebreide oefenperiode van vandaag met je denkgeest te doorzoeken op personen tegen wie jij in jouw ogen ernstige grieven hebt.

Deze oefening wordt vaak herhaald. We worden gevraag om echt te kijken naar de grieven die we vasthouden met het doel om te leren deze grieven los te laten. Het lijden die we ondervinden wanneer we er blijven aan vasthouden zou de motivatie moeten zijn om uiteindelijk onze broeders en daarbij ook onszelf te bevrijden.

(5:2-3) Sommige van hen zullen heel gemakkelijk te vinden zijn. Denk vervolgens aan de ogenschijnlijk lichte grieven die je hebt tegen degenen die je graag mag en van wie je zelfs denkt te houden.

Jezus benoemt hier zowel speciale haat als speciale liefde. Het is niet alleen een kwestie om de boosheid die we tegenover iemand voelen te plaatsen. Deze gevoelens zijn trouwens relatief makkelijk te vinden in onze denkgeest. Wat ook belangrijk is, is om de meer subtiele gevoelens te herkennen en vooral deze we eerder benoemen als liefdevol. Jezus onderlijnt hier ook zijn eerder aangehaald punt uit les 21 waarbij hij duidelijk maakt dat er geen graduatie is woede. Ook in het Handboek voor Leraren vinden we hierover een vermelding:

Het kan gewoon een lichte irritatie zijn, wellicht te zwak om ook maar duidelijk te worden onderkend. Of het kan de vorm aannemen van intense razernij, vergezeld van gedachten over geweld, gefantaseerd of ogenschijnlijk uitgeleefd. Dat doet er niet toe. Al deze reacties zijn hetzelfde. Ze verdoezelen de waarheid en dat kan nooit een kwestie van gradatie zijn. Ofwel is de waarheid duidelijk zichtbaar of ze is dat niet. Ze kan niet gedeeltelijk worden gezien. Wie zich niet bewust is van de waarheid moet wel illusie aanschouwen. (H. 17. 4:4-11)

(5:4-5) Het zal snel duidelijk worden dat er niemand is tegen wie jij niet een of ander soort grief koestert. Daardoor zie jij jezelf als totaal alleen in heel het universum.

Deze waarheid vindt niemand leuk. Nochtans, wat Jezus hier zegt is waar zijn gezien het Zoonschap van God één is. Wanneer ik letterlijk de wereld gemaakt heb in mijn beeld van zelfhaat dan doet het er niet toe hoeveel miljoenen deeltjes er in het universum bestaan die ik geprojecteerd heb, er zal een deel in mij zijn die ze allemaal haat. En wanneer je denkt dat je deze haat niet in jou hebt, denk dan eens een moment aan de mensen van wie je denkt dat je van ze houdt. Stel je voor wat er gebeurt wanneer ze niet doen of zeggen wat jij wil. Je teleurgesteld voelen of licht geïrriteerd is, nogmaals, slechts een sluier die hangt voor een aangezicht van intense woede. Zolang je aanvalsgedachten richting jezelf koestert en is het onmogelijk om iedereen met liefde waar te nemen. Het is dus belangrijk om je gewaar te worden van ook deze subtiele grieven.

(6:1-3) Besluit nu al deze mensen als vrienden te zien. Zeg tegen hen allen, terwijl je aan ieder op zijn beurt denkt:

Ik wil jou als mijn vriend zien, zodat ik me herinner dat jij deel bent van mij en ik mezelf leer kennen.

Dit is een oefening waarvan Jezus wil dat we ze in praktijk brengen door te begrijpen hoe waanzinnig ons denken is wanneer we denken dat er mensen zijn waarvan we kunnen houden en andere die we dan haten. Op het gebied van de vorm betekent dit niet dat we onze levens met iedereen moeten doorbrengen.

(6:4-9) Besteed er de rest van de oefenperiode aan te proberen jezelf als volkomen in vrede met alles en iedereen te zien, veilig in een wereld die jou beschermt en liefheeft en die jij op jouw beurt liefhebt. Probeer te voelen hoe veiligheid jou omringt, zich over je heen welft en jou draagt. Probeer te geloven, al is het maar kort, dat niets jou op enige manier kan schaden. Zeg aan het eind van de oefenperiode tegen jezelf:

Liefde koestert geen grieven. Wanneer ik al mijn grieven laat gaan, zal ik weten dat ik volkomen veilig ben.

Jezus wil dat we aan ons onze natuurlijke staat van Zijn  herinneren wanneer we midden in een onveilig gevoel zitten ook al is het maar kort. We moeten ons bewust worden van onze gespleten denkgeest: het egodenksysteem van gevaar enerzijds en de correctie, de veiligheid van de Heilige Geest anderzijds. Alleen zo oefenen we het denken van het onveilige naar het veilige, van de duisternis naar het licht, van de grief naar de liefde.

(7) Telkens wanneer er in je gedachten een grief opkomt tegen iemand, of die persoon nu fysiek aanwezig is of niet, moeten de korte oefenperioden een snelle toepassing van het idee van vandaag in de volgende vorm bevatten:

Liefde koestert geen grieven. Laat ik mijn Zelf niet verraden.

Herhaal bovendien meerdere malen per uur het idee in deze vorm:

Liefde koestert geen grieven. Ik wil tot mijn Zelf ontwaken door al mijn grieven opzij te zetten en te ontwaken in Hem.

Jezus herinnert ons eraan waakzaam te zijn voor de capriolen van ons ego. Wanneer we er samen met zijn vriendelijke liefde naast ons kunnen naar kijken verdwijnen ze. Want:

Wie, die zich door Gods Liefde gedragen weet, kan de keuze tussen wonderen en grieven moeilijk vinden? (T. 23. IV.9:8)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten