1. Vandaag zullen we
beginnen aanspraak te maken op enkele van de vreugden waarop jij recht hebt
omdat je bent wat jij bent.
Zoals eerder reeds besproken maakt Jezus in deze lessen
duidelijk dat onze denkgeesten afgesplitst zijn in een deel dat schuld en
aanvalsgedachten adoreert, terwijl het ander gedeelte de herinnering bevat van
Wie we in werkelijkheid zijn.
(1:2-6) Vandaag
worden er geen lange oefenperioden van je verlangd, maar zijn heel regelmatige
korte noodzakelijk. Eenmaal per tien minuten zou heel wenselijk zijn en je
wordt ernstig aangeraden je op dit tijdschema toe te leggen en waar enigszins
mogelijk je eraan te houden. Mocht je het vergeten, probeer het opnieuw. Mochten
er lange onderbrekingen zijn, probeer het opnieuw. Telkens wanneer het je weer
te binnen schiet, probeer het opnieuw.
De oefeningen voor vandaag wijken af van de vorige door de
afwezigheid van langere oefenperioden. Daarnaast gaat hij verder met een streng,
doch vriendelijk verzoek om te proberen ons onze oefenperioden te herinneren –
per uur zo vaak mogelijk – en als we het vergeten dit niet te zien als een
zonde. Het is vrij duidelijk dat hij weet dat we dat zullen doen.
De volgende alinea is heel belangrijk omdat dit ons helpt in
te zien dat deze oefeningen de hele tijd door moeten toegepast worden of we nu
in een rustige kamer aan het mediteren zijn of met zaken bezig zijn. Wij hoeven onze ogen niet te sluiten om ons
God en Zijn Zoon te herinneren.
(2) Je hoeft voor de
oefenperioden je ogen niet te sluiten, hoewel je waarschijnlijk zult merken dat
het beter gaat als je dat wel doet. Maar in de loop van de dag kun je in een
aantal situaties komen waarin het niet uitvoerbaar is om je ogen te sluiten.
Loop hierom geen oefenperiode mis. Je kunt onder alle omstandigheden heel goed
oefenen, als je dat werkelijk wilt.
Het maakt dus niet uit waar je, gedurende de dag, bent of je
nu met de auto rijdt, samen met een vriend aan tafel zit, rustig alleen bent,
aan het werk bent, je kan je de les van vandaag herinneren.
(3) De oefeningen van
vandaag vragen weinig tijd en geen inspanning. Herhaal het idee voor vandaag en
voeg er vervolgens verscheidene eigenschappen aan toe die jij associeert met
een Zoon van God en pas die dan toe op jezelf. Eén oefenperiode kan er
bijvoorbeeld zo uitzien:
Ik ben als Zoon van God gezegend.
Ik ben gelukkig, vredig, liefdevol en voldaan.
Ik ben gelukkig, vredig, liefdevol en voldaan.
Een andere kan deze
vorm hebben:
Ik ben als Zoon van God gezegend.
Ik ben kalm, rustig, zeker en vol vertrouwen.
Ik ben kalm, rustig, zeker en vol vertrouwen.
Staat je maar weinig
tijd ter beschikking, dan volstaat het eenvoudig tegen jezelf te zeggen dat je
gezegend bent als Zoon van God.
Jezus vraagt ons om deze universele weergave van onze
Identiteit specifieker te benoemen waardoor we het persoonlijker maken voor
onszelf. In de laatste regels van de les wordt dan herhaald dat we hiervoor
niet echt een rustige plaats nodig hebben of dat we er een bepaald tijdstip
moeten voor uittrekken.
Jezus onderstreept hiermee zijn onderricht dat we, zolang
wij ons identificeren met een lichaam, tijd en ruimte nodig hebben, bijv. met
rituelen. Maar aangezien de ultieme les
van Jezus is dat wij denkgeest zijn, is het ons afwenden van onze afhankelijkheid
aan uiterlijke dingen, een belangrijke stap in de richting voor de
identificatie met onze denkgeest: de bron van onze gelukzaligheid, evenals de
geboorteplaats van onze weerstand tegen de acceptatie van Wie we werkelijk
zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten