(8:1-4) Op deze
Grondslag nu zijn de oefeningen voor vandaag gericht. Hier is jouw denkgeest
verenigd met de Denkgeest van God. Hier zijn jouw gedachten een met de Zijne.
Voor dit soort oefening is maar één ding nodig: benader het zoals je een altaar
benaderen zou dat in de Hemel aan God de Vader en God de Zoon is gewijd.
Jezus dringt erop aan om deze lessen serieus te nemen en
blijft ons eraan herinneren waarom we ze doen. Wanneer we ze niet toepassen nemen
we ze echter niet au serieux. Daarom is waakzaamheid belangrijk. In de tekst
legt Jezus uit dat een altaar een toewijding is:
Zowel Hemel als aarde zijn in
jou, omdat de roep van beide in je denkgeest aanwezig is. De Stem namens God
komt vanuit je eigen altaar voor Hem. Zo’n altaar is geen ding, het is een
toewijding. Maar je kent nu ook andere toewijdingen. Jouw verdeelde toewijding
heeft je de twee stemmen bezorgd en jij moet kiezen aan welk altaar je dienen
wilt. Welke roep je nu beantwoordt is een waardeoordeel, omdat het een
beslissing is. De beslissing is uiterst eenvoudig. Ze wordt genomen op grond
van welke roep voor jou de meeste waarde heeft. (T. 5. II. 8:5-12)
En zo krijgen we de opdracht te herkennen welke roep voor ons de belangrijkste is. Het is ons oefenen en onze waakzaamheid dat
wat we werkelijk willen zal versterken.
(8:5-7) Want zodanig
is de plaats die jij probeert te bereiken. Je zult waarschijnlijk nog niet in
staat zijn te beseffen hoe hoog jij tracht te reiken. Maar zelfs met het kleine
beetje inzicht dat je al verworven hebt, zou je in staat moeten zijn jezelf
voor te houden dat dit geen loos spel is, maar een oefening in heiligheid en
een poging het Koninkrijk der Hemelen te bereiken.
We worden eens te meer gevraagd ons het belang van deze
lessen te herinneren. Ze zijn de praktische en specifieke toepassingen van de
principes in de tekst. De oprechtheid in ons verlangen om terug naar huis te
gaan zal weerspiegeld worden in de verbinding die we aangaan met het
onophoudelijk oefenen. Dus zegt Jezus in de eerste zin van de negende alinea:
(9:1) Probeer in de
korte oefenperioden vandaag te onthouden hoe belangrijk het voor jou is om de
heiligheid te begrijpen van de denkgeest die denkt met God.
Door dit voortdurend te benadrukken zou het belang van deze
lessen duidelijk moeten zijn. We zullen verderop zien hoe dit belang wordt
gemeten aan de hand van onze bereidwilligheid afstand te nemen van onze
investering in onze speciaalheid.
De les eindigt met dit laatste pleidooi van Jezus om niet
langer voor onze ego-gedachten te kiezen, maar voor de herinneringen aan de
Gedachten die we delen met God:
(9:2-4) Neem een
minuut of twee, wanneer je vandaag het idee herhaalt, om de heiligheid van jouw
denkgeest te waarderen. Neem afstand, al is het nog zo kort, van alle gedachten
die Hem wiens gastheer jij bent, onwaardig zijn. En dank Hem voor de Gedachten
die Hij met jou denkt.
Dankbaarheid is een belangrijk thema in Een Cursus in
Wonderen en een waar we dikwijls zullen naar terugkeren. De kern van deze
dankbaarheid is dat God nooit opgehouden heeft te zijn Wie Hij is, ondanks al
onze waanzinnige pogingen om Hem te veranderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten