(1:1-2) Het idee voor
vandaag combineert twee heel krachtige gedachten, die beide van het grootste
belang zijn. Het beschrijft ook een oorzaak-en-gevolgrelatie die duidelijk
maakt waarom jij niet kunt falen in je pogingen het doel van de cursus te
bereiken.
De ‘oorzaak- en gevolgrelatie’ is wanneer ik weet dat als ‘God
mij vergezelt’ en als Hij mijn kracht is, ik automatisch door de ogen van Zijn
Liefde en Heiligheid waarneem. De visie van Christus komt uit de gedachte dat
ik heilig ben en een deel ben van God. Met andere woorden, de oorzaak is mijn
herinnering aan Wie ik ben en het gevolg is een visie die alle mensen ziet als
deel van het Zoonschap, ongeacht de ongelijke vorm ervan.
(1:3-5) Jij zàl zien,
omdat het de Wil van God is. Het is Zijn kracht, niet de jouwe, die jou kracht
verleent. En het is Zijn geschenk, niet het jouwe, dat jou visie geeft.
Jezus dringt erop aan hem te vertrouwen wanneer hij zegt dat
we niet kunnen falen. Illusies van het ego kunnen geen macht uitoefenen over de
echte Krachtbron binnen in ons.
Jezus zet zijn betoog verder met de wonderbaarlijke
consequenties van dit heuglijke feit:
(2:1-2) God is
inderdaad jouw kracht en wat Hij geeft is waarlijk gegeven. Dit betekent dat
jij het op elk moment en elke plek ontvangen kunt, waar en in welke
omstandigheden jij je ook bevindt.
Gezien de denkgeest, het thuis van Gods kracht, voorbij tijd
en ruimte is, is dit voor ons altijd beschikbaar.
Het wacht slechts onze aanvaarding af. Het is daarom dat Jezus in de tekst zegt
dat we niets hoeven te doen (T. 18. VII). We hoeven niets te doen behalve aanvaarden
wat er al is. Onze behoefte is dus te leren ongedaan maken wat het ego ons
geleerd heeft en Gods Kracht opnieuw de onze laten zijn. Gezien dit een proces
is die zich in onze denkgeest afspeelt en volledig onder onze controle staat,
kan deze heuglijke aanvaarding eender wanneer plaatsvinden ongeacht de
uiterlijke omstandigheden.
(2:3-6) Jouw reis
door tijd en ruimte is niet willekeurig. Je kunt niet anders dan op het juiste
moment op de juiste plaats zijn. Zo werkt de kracht van God. Zo zijn Zijn
gaven.
Jezus zegt dat niets hier toevallig is. Het ego kiest onze
draaiboeken als een manier om ons steeds verder en verder weg te houden van de
waarheid. Wanneer we samen met Jezus naar het scenario kijken dan wordt het een
leerschool. Maar niets is toevallig. Ik -
de geest die mijn huidige fysieke identiteit is heeft voor dit leven
gekozen en kiest voor wat erin gebeurt. Wanneer ik naar gelijk welk aspect van
dit leven samen met Jezus kijk en hem om hulp vraag, dan krijgt het de
betekenis om te leren vergeven zodat ik terug kan keren naar een bewustzijn van
mijn ware Identiteit. Dus ben ik ‘op de juiste plaats op het juiste moment’,
omdat vergevingslessen altijd kunnen
geleerd worden onafhankelijk van welke uiterlijke omstandigheid dan ook.
Voor de twee langere oefenperioden van vandaag moedigt Jezus
ons aan een rustig moment uit te kiezen. Wanneer we naar de instructies van
deze lessen in zijn geheel kijken kunnen we zien hoe hij de nadruk legt op
verschillende aspecten van ons oefenen, soms gericht op de vorm (het uiterlijke) en andere keren op de inhoud (het innerlijke). Het doel is natuurlijk ons op ons niveau
te helpen zodat we uiteindelijk zullen begrijpen dat oorzaak en gevolg, inhoud en vorm, innerlijke en uiterlijke nooit gescheiden zijn:
(3) We zullen vandaag
twee oefenperioden van drie tot vijf minuten doen, een liefst vlak na het
ontwaken en een liefst vlak voor het slapen gaan. Het is overigens beter te
wachten tot een moment dat je rustig alleen kunt zitten en je er klaar voor
voelt, dan je zorgen te maken over het tijdstip op zich.
Jezus leert ons ons steeds verder af te wenden van onze
afhankelijkheid van de vorm door voor onze oefeningen geen slaaf te worden van
rituelen. Het Handboek voor Leraren formuleert dit als volgt:
Er zijn wel een aantal algemene
regels die gelden, ook al moet ieder die op zijn eigen manier naar beste kunnen
hanteren. Een vaste routine is als zodanig gevaarlijk, omdat ze gemakkelijk
zelf tot een god kan worden en dan juist een bedreiging vormt voor de doelen
waarvoor ze is opgesteld. (HvL. 16. 2:4-5)
Deze cursus is steeds praktisch.
… De duur daarvan is niet de hoofdzorg. Men kan makkelijk een uur lang met
gesloten ogen stilzitten en niets bereiken. Men kan even makkelijk Gods slechts
een ogenblik geven en zich in dat ogenblik volledig met Hem verenigen. (HvL. 16.
4:1; 4-6)
We komen later nog terug op dit belangrijk thema over de kwaliteit van onze tijd die we met de
Heilige Geest doorbrengen eerder dan de kwantiteit.
De vierde alinea heeft het over onze persoonlijke gedachten
‘in relatie met het idee van de dag.’
(4) Begin deze
oefenperioden met het idee voor vandaag langzaam met je ogen open te herhalen,
en kijk om je heen. Sluit je ogen dan en herhaal het idee nogmaals, nog
langzamer dan tevoren. Probeer hierna niets anders te denken dan de gedachten
die bij je opkomen in relatie tot het idee voor deze dag. Je zou bijvoorbeeld
kunnen denken:
Visie moet mogelijk zijn. God geeft waarlijk,
of:
Gods gaven aan mij moeten wel van mij zijn, omdat Hij ze mij gaf.
Kan je hier zien hoe Jezus er de nadruk op legt om onze gedachten naar hem te brengen en
daarmee een harmonie tot stand te brengen met zijn visie van vergeving en
vrede.
(wordt vervolgd)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten