Deze les (samen met de volgende) is belangrijk omdat zij
dieper ingaat op het thema over onze heiligheid. Op die manier geven deze
lessen de vanzelfsprekende correctie weer van het onjuist-gericht denken van
het ego. Ze verduidelijken ook wat Jezus wel en niet bedoelt met heiligheid. Een ander belangrijk punt
van deze lessen, al is het eerder een ongelukkig aspect ervan, is dat vele
studenten van Een Cursus in Wonderen de inspirerende boodschap ervan nemen,
maar hiermee de verkeerde kant opdraaien waardoor het onderricht van Jezus
helemaal verkeerd begrijpen. We zullen daarom dit idee, naast andere
belangrijke thema’s, verder uitspitten terwijl we verder gaan.
1. Het idee voor
vandaag breidt dat van gisteren uit van de waarnemer tot het waargenomene.
In de vorige les ‘Mijn geest maakt deel uit van die van God.
Ik ben heel heilig’ hebben we de relatie besproken tussen onze innerlijke
wereld en dat wat we buiten ons gewaarworden. Deze les verlegt nu de focus van
de waarnemer, namelijk onze gedachten, naar wat we buiten ons waarnemen. Het is
niet echt een verschuiving omdat het innerlijke en het uiterlijke een en
hetzelfde is. Wat we binnenin zien, wat eigenlijk betekent wat we over onszelf
denken, is precies datgene wat we geloven buiten ons te zien. Zoals reeds
eerder besproken, onze waarneming
betekent niet alleen wat we zien (of
horen, enz.), maar onze interpretatie
van datgene wat we waarnemen. Zoals altijd ligt de focus op de inhoud – wat in
de denkgeest is – en nooit op de vorm – deel van de fysieke wereld.
(1:2-3) Je bent
heilig omdat jouw denkgeest deel is van die van God. En omdat jij heilig bent,
moet ook jouw zicht heilig zijn.
Uit deze stelling vloeit dus voort dat wanneer we vanbinnen heilig
zijn, moet dat wat we buiten ons waarnemen ook heilig zijn. Wanneer we iets als
niet heilig waarnemen, d.w.z. wanneer we iets anders dan een uitdrukking van
liefde waarnemen of een roep om liefde, dan hebben we onszelf niet eerst als
heilig waargenomen. We kunnen dus gelijk zien wanneer we gekozen hebben om ons
met het ego te identificeren of met de Heilige Geest door te letten op onze
waarnemingen; wat we waarnemen is altijd een directe weerspiegeling van dat wat
we binnenin ons werkelijk hebben gemaakt. Een belangrijk deel uit de tekst legt
dit uit:
Verdoeming is jouw oordeel over
jezelf en dit zal jij op de wereld projecteren. Zie haar als verdoemd en het
enige wat je ziet is wat jij gedaan hebt om de Zoon van God te pijnigen. Als je
onheil en rampspoed ziet, heb je geprobeerd hem te kruisigen. Als je heiligheid
en hoop ziet, heb jij je met Gods Wil verbonden om hem te bevrijden. Er ligt
geen keuze tussen deze twee beslissingen in. En je zult de getuige zien voor de
keuze die jij hebt gemaakt en hieruit leren aflezen welke jij gekozen hebt. (T.
21. Inl. 2:1-6)
Daarom is het zo belangrijk om waakzaam te zijn over onze
gedachten. Wanneer we ons bewust worden van onze gedachten over mensen buiten
ons dan zal dit onze gedachten ontmaskeren waarmee we ons binnenin hebben
geïdentificeerd; onze speciale relaties vormen dus de basis om onze denkgeest
te genezen door middel van vergeving. Als je wil weten wat er in de camera is
achtergebleven nadat je hem gebruikt hebt, ontwikkel de film en kijk je naar de
foto’s. Dit zal je vertellen of je goede of slechte foto’s hebt genomen. Het
doel van Een Cursus in Wonderen kan daarom ook in deze context worden gezien
door ons te laten herkennen dat onze waarnemingen een directe spiegel zijn van
datgene wat we binnenin hebben gekozen. Alleen dan kunnen we opnieuw kiezen.
(wordt vervolgd)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten