woensdag 20 april 2016

Thema uit Een Cursus in Wonderen - 88 - De formule van het ego - deel 2




Dit is deel 2 van ‘de formule van het ego’. Laat mij kort herhalen wat we in de laatste opname hierover gezegd hebben. Deze formule bestaat uit onze angst voor de Liefde van God omdat in die Aanwezigheid ons individueel, speciale zelf niet kan bestaan. Wanneer we bang geworden zijn voor deze liefde, ons teruggetrokken hebben, van ons afgeduwd hebben, heeft het ego ons beschuldigd van zonde. Deze zonde heeft geleid tot de ervaring van schuld of de verschrikking over wat wij gedaan hebben. We vertelden God dat Zijn Liefde niet voldoende was. We kruisigden Zijn Zoon Christus door een onjuist, een vals zelf te maken, een valse zoon die Zijn plaats innam en we werden bang voor de straf die onvermijdelijk is gelet op het geloof van wat wij God hebben aangedaan en wat Hij ons daarom wil aandoen. Het ego raadt ons dus aan dat de enige manier om vrij te zijn van deze schuld is door deze naar buiten te projecteren en deze zonde en schuld te zien in de wereld rondom ons: in mensen, plaatsen, dingen, gebeurtenissen, omstandigheden, erfelijkheid, vorige levens, volgende levens, noem maar op, maar dat onze ervaring van ons ongemak, onze ervaring van complete disharmonie in onszelf, onze lijdenservaring, depressie, wanhoop, dat dit alles een uitwendige oorzaak heeft. Dat van zodra we de oorzaak van ons ongemak projecteren, van zodra we het buiten onszelf plaatsen, het ego voor een sluier heeft gezorgd, een sluier van vergetelheid of een sluier van ontkenning, die voor onze denkgeest viel zodat wij geen enkele herinnering meer hebben aan wat aan dit gevoel van ongemak vooraf is gegaan. Het enige wat we gewaar worden is dat we niet gelukkig zijn. We niet in vrede zijn. We voelen pijn. We lijden, zowel psychisch als fysiek en daarvoor is iemand of iets buiten ons verantwoordelijk voor.

Wat er dan gebeurt is dat we leugens en verhalen maken, een massief bouwwerk die al deze verkeerde informatie, dat de wereld ons dit aandoet, ondersteunt. Dat is wat we geloven. Hoe meer bewijs we hiervan hebben, schijnbaar bewijs waarom we zo boos zijn - en bijna van bij de geboorte lopen we allemaal rond met dit litteken, emotionele en soms fysieke littekens – om te bewijzen dat we misbruikt werden, het slachtoffer zijn, oneerlijk behandeld zijn, niet geliefd, verbannen, niet verzorgd, enz. en dit verspreiden we overvloedig rond om dit aan alles en iedereen aan te tonen.

In feite zijn we zo waanzinnig dat we bereid zijn om hopen geld te geven aan therapeuten – ik was hier zelf een van – om therapeuten te betalen die naar ons luisteren en naar onze verhalen vol ellende luisteren en deze versterken en vertellen hoezeer we inderdaad misbruikt geweest zijn.

Dit is natuurlijk allemaal verzonnen omdat de werkelijke leugen is dat het niet de wereld is die verantwoordelijk is voor onze ellende en onze ziekte. Ik ben verantwoordelijk en die ‘ik’ die hiervoor verantwoordelijk is, is mijn keuzemakende denkgeest. Het is mijn keuzemakende denkgeest die de oorzaak is van mijn gevoel van ongelukkig zijn, van mijn gevoel van depressie, mijn schuldgevoel, over mijn onmacht dat ik geen bevredigende relaties kan hebben, niet in staat ben vast te houden aan een job die mij voldoening geeft. Allerlei problemen die zich hier in deze wereld aan mij opdringen en waarvan ik geloof dat het problemen zijn die mij doen lijden en die enkel te wijten zijn aan die vergissing – die natuurlijk geen zonde is, maar een vergissing – de vergissing die mijn keuzemaker heeft gemaakt door voor de verkeerde leraar te kiezen. Dat is het.

Maar dit alles ligt verborgen achter duizenden wolken en duizenden wolken van duisternis en complexiteit zodat ik denk dat het werkelijk de wereld buiten mij is die verantwoordelijk is en nogmaals, ik heb deze leugens en verhalen zelf opgebouwd. Ik geloof ze en ik vind meer en meer mensen, meer en meer getuigen die het met mij eens zijn. Het lijkt erop dat hier niet aan te ontkomen valt omdat, in het ogenblik dat dit gebeurd is, de waarheid van dit proces van de verkeerde keuze van mijn denkgeest, verborgen werd waardoor de schijnbare werkelijkheid nu de wereld buiten mij is.

Dat is wat Jezus bedoeld in het begin van de tekst wanneer hij zegt dat het denksysteem van het ego waterdicht is, maar niet Goddicht. Wat dus waterdicht is, is eens we getrapt zijn in deze valstrik van het ego - en dit is een vicieuze cirkel die zichzelf voortdurend voedt - we al die tijd compleet onbewust zijn, niet bewust zijn van onze keuzemakende denkgeest en er geen enkele hoop is. Dat is wat Jezus bedoelt wanneer hij zegt dat het waterdicht is.
Het is echter niet waterdicht voor God. Maar dat bewaren we voor het derde deel van deze serie waarin we het zullen hebben hoe we hieruit geraken.

Het is enorm belangrijk om dit te begrijpen en, zoals les 5 zegt dat we nooit onvrede kennen voor de reden die we denken, nooit. Het maakt niet uit wat de wereld mij heeft aangedaan. Het maakt niet uit hoezeer ik in mijn kinderjaren ook misbruikt ben geweest. Dat is niet de reden waarom ik de liefde en de vrede van God niet ervaar. Het is dus onze taak om de leugens niet te geloven, de leugens niet te geloven van de ‘2+2=4-wereld’. De enige hoop ligt erin terug te keren naar het basis rekenen en ons er bewust van te worden dat we slecht geïnformeerd werden, dat 2+2 niet gelijk is aan 4, maar dat 2+2 gelijk is aan 5.


Dit vormt het onderwerp voor het derde deel van deze serie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten