dinsdag 31 maart 2015

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - 30 - Schuld en wroeging



Het thema voor deze morgen is schuld en wroeging. Terwijl wroeging een woord is dat in de Cursus niet wordt gebruikt denk ik toch dat het een behulpzame uitdrukking is, en dan in het bijzonder op de manier waarop ik het zal omschrijven, die de relatie tot de schuld van het ego vormt. We zullen het dus in dit korte gesprek hebben over schuld en wroeging.

Wanneer we aan schuld denken dan gaat dit duidelijk hand in hand met zonde. Ik geloof dat ik iets verkeerd heb gedaan en dat maakt mij verkeerd en dat is wat de ervaring van schuld is. In feite kunnen we schuld definiëren als de totale som van alle gedachten en gevoelens van zelfhaat die we hebben, alle negatieve gedachten en gevoelens die we over onszelf hebben; gevoelens van ontoereikendheid, falen, minderwaardig zijn, zondig. En het is niet alleen dat we ons schuldig voelen over dingen die we gedaan hebben, de kern van deze schuld is dat we van nature uit schuldig zijn, dat we van nature uit zondig zijn. En het probleem van de schuld is niet alleen de ervaring van de pijn ervan, maar in de schuld vinden we het middel voor het blijven voortbestaan van het zelf of voor het blijven bestaan van die schuld, het blijven voortbestaan van al deze negatieve gedachten over ons zelf. Omdat schuld gruwelijk en afschuwelijk is, een ervaring die, zoals de Cursus ons zegt, ons verblindt. Niet alleen verblindt het ons en is het blind, het maakt ons blind omdat we de waarheid niet zien en het verblindt ons omdat we ons uiteindelijk niet realiseren dat we een denkgeest hebben die het thuis is van de schuld. Nogmaals, de schuld is zo gruwelijk dat het enige wat we kunnen doen is proberen te ontkennen dat het er is en waar Freud naar verwijst als onderdrukking. En van zodra we iets onderdrukken of het in onze denkgeest als het ware naar beneden duwen, moeten we dit onvermijdelijk en voortdurend naar buiten werken en dat is wat projectie is. We hebben geen projectie zonder onderdrukking. We kunnen geen onderdrukking hebben zonder projectie. Ze gaan hand in hand, net zoals het geval is met zonde en schuld. Dat wanneer we geloven dat we zondig zijn en we voelen ons hier schuldig over dan, nogmaals, is de schuld iets wat zo moeilijk aanvaardbaar is voor ons en zo pijnlijk omdat de uiteindelijke betekenis van schuld niet alleen is dat ik liefde en onschuld vernietigd heb, maar dat ik dit nooit meer zal terugkrijgen. En dat is de afschuwelijke gedachte van wat schuld is. En daarom kunnen we niet omgaan met die schuld en wat we dus proberen te doen is er vanaf te geraken en we plaatsen het op andere mensen.
Maar dit alles versterkt de schuld en we kunnen hier spreken van de cirkel van schuld en aanval: ik voel mij schuldig, ik moet deze schuld onderdrukken en dan naar buiten projecteren. En wanneer ik het projecteer dan val ik aan, wat mij alleen nog maar schuldiger doet voelen omdat ik op zeker niveau mij realiseer dat mijn aanval ongegrond is en niet gerechtvaardigd. En dat versterkt opnieuw de schuld waar ik probeer van af te komen en zo gaan we maar door en door in deze vicieuze cirkel en op die manier blijft schuld voortbestaan.

Een andere manier om naar schuld te kijken is dat het ons geworteld houdt in het verleden omdat schuld gebaseerd is op het geloof dat ik gezondigd heb;.ik heb in het verleden gezondigd.
Herinner je dat het ego ons zegt dat lineaire tijd werkelijk is en dat er een verleden, heden en toekomst is. In de wereld van het ego is het verleden het thuis van de zonde; ik heb in het verleden gezondigd.
Schuld is de afschuwelijke, verschrikkelijke gevoelens die ik nu in het heden voel of wat ik denk dat het heden is en die ik nu projecteer in de toekomst die mij zegt dat ik gestraft zal worden.
En zo is zonde, schuld en angst verleden, heden en toekomst, d.w.z. lineaire tijd. En op die manier houdt schuld mij in het verleden. En het ergste van dit alles is dat schuld er voor zorgt dat ik het blijf naar buiten projecteren en blijf zondigen, wat de werkelijke basis is voor mijn schuld.

Een andere manier om deze vicieuze cirkel te begrijpen is dat schuld zegt dat ik van de schuld moet af geraken en andere mensen moet aanvallen op deze toch wel erg ziekelijke manier om eraan te kunnen ontsnappen. Maar wat het alleen maar doet is dat het de schuld, die mij in het verleden vasthoudt, versterkt en ervoor zorgt dat het steeds maar verder en verder blijft doorgaan om mij schuldig te voelen en te projecteren en dat er geen manier is uit deze vicieuze cirkel. Waardoor wroeging.

Wanneer we op zeker ogenblik zo’n afkeer krijgen van onze schuld en hoe we leven en onze handen naar de Hemel opsteken en zeggen: ‘Er moet een andere manier zijn, er moet een andere leraar zijn, er moet een ander denksysteem zijn.’, dan is dit de uitnodiging waar Jezus op gewacht heeft en hij binnen komt. In feite gaan wij binnen in zijn juist gerichte plaats. En nu leert hij ons dat we inderdaad fouten hebben gemaakt. In de Cursus zegt hij ons: ‘Zoon van God, je hebt niet gezondigd, maar je hebt je wel erg vergist.’
En wanneer ik terugkijk op wat ik verkeerd gedaan heb dan is er niemand die zegt … en zeker in de Cursus zegt Jezus niet dat we niets verkeerds gedaan hebben wat onszelf en anderen gekwetst heeft. Hij zegt ons dat ‘angstige mensen heel boosaardig kunnen zijn’. Hij zegt ons dat droomfiguren vol haat en kwaadaardig kunnen zijn. Dit is dus niet beweren dat we dergelijke dingen niet hebben gedaan, maar we noemen het geen zonde. We voelen ons niet schuldig. We herkennen dat we een vergissing gemaakt hebben en we herkennen de pijn die dit voor ons en voor anderen veroorzaakt heeft. En dat vormt de basis voor wroeging.
Ik kijk naar wat ik gedaan heb en zeg: ‘Ik wil nooit meer terugkeren naar die gruwelijke en duistere plaats. Ik wil mijn verleden loslaten. Ik herken dat ik een fout heb gemaakt. Ik realiseer mij dat ik dit gedaan heb uit angst en niet omdat ik van nature slecht ben.’
En het is vanuit die herkenning dat men de kern van vergeving raakt. Het is die zachte vriendelijkheid die Jezus ons voortdurend biedt als een andere manier om naar onszelf en naar de wereld te kijken. Het is werkelijk wroeging die ons in staat stelt om te kijken naar wat we gedaan hebben en te zeggen dat we dit niet langer willen doen, niet nog eens doen. En dat zorgt ervoor dat we dit niet opnieuw zullen doen. Het brengt ons in het heilig ogenblik waarin geen verleden is. Er is geen door schuld aangedreven heden en er is geen angst voor de toekomst. En het is in dit heilig ogenblik dat spijt zijn ontstaan vindt en zacht vergeving de kans biedt die zegt dat ik niet langer mezelf of iemand anders zal aanvallen.
En dat is wanneer de vrede die Jezus voor ons in onze denkgeest bewaard heeft toegestaan wordt zichzelf te zijn, te groeien en alles in ons leven nu en in de toekomst bewust van te maken.

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Kun je gescheiden zijn van je identificatie én in vrede zijn? Dissociatie is geen oplossing, het is een waan. Zij die in de waan verkeren geloven dat de waarheid hen zal overvallen en ze herkennen haar niet omdat ze liever in de waan blijven. Doordat ze de waarheid beoordelen als iets wat ze niet willen nemen ze hun illusies waar en die blokkeren kennis. Help hen door hun jouw onverdeelde denkgeest aan te bieden ten behoeve van henzelf zoals ik jou de mijne aanbied ten behoeve van die van jou. Alleen vermogen we niets, maar tezamen versmelten onze denkgeesten tot iets waarvan de kracht de kracht van zijn afzonderlijke delen verre overstijgt. Door niet afgescheiden te zijn is de Denkgeest van God in de onze en als de onze gegrondvest. Deze Denkgeest is onoverwinnelijk omdat hij onverdeeld is.

maandag 30 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Alle ideeën van het ego waar we over gesproken hebben moeten naar de waarheid gebracht worden en dat is Jezus of de Heilige Geest, waar je ze, in ruil voor de Verzoening, aan kunt overgeven. Deze gedachten zijn sinds de afscheiding zorgvuldig in je onbewuste verborgen gebleven. Je weet het niet, maar je bent erg bang voor wat je hebt vergeten of gedissocieerd. Dat is waarom je eigenlijk niet naar deze dingen wilt kijken. Wegens jouw verborgen angst zal je geweldige weerstand hebben tijdens het benaderen van het onbewuste. Zoals de Cursus in de tekst zegt:

Je kunt iets niet dissociëren tenzij je het eerst kent. Kennis moet aan dissociatie voorafgaan zodat dissociatie niets anders is dan de beslissing te vergeten. Wat vergeten werd lijkt vervolgens beangstigend, maar alleen omdat de dissociatie een aanval op de waarheid is. Jij bent angstig omdat je vergeten hebt. En je hebt je kennis ingeruild voor een droombewustzijn omdat jij bang bent voor je dissociatie niet voor wat je hebt gedissocieerd. Wanneer wat je hebt gedissocieerd wordt aanvaard houdt het op beangstigend te zijn.

zondag 29 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit de Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Om echt met Jezus of de Heilige Geest te werken moet je in staat zijn om het egodenksysteem in actie te observeren, wat hetzelfde denksysteem is dat je al eonen lang in stand houdt zonder je er bewust van te zijn. Je moet bereid zijn om ernaar te kijken met de Heilige Geest of Jezus als je leraar. Zoals Jezus het in de Cursus zegt:

Niemand kan ontsnappen aan illusies tenzij hij ernaar kijkt want door er niet naar te kijken worden ze beschermd. Het is niet nodig voor illusies terug te deinzen want ze kunnen niet gevaarlijk zijn. We zijn klaar om het denksysteem van het ego nader te bekijken want samen hebben we de lamp die het zal verdrijven en aangezien je beseft dat jij het niet wilt moet je wel klaar zijn. Laten we heel rustig zijn wanneer we dit doen want we zoeken slechts eerlijk naar de waarheid. De ‘dynamiek’ van het ego zal een tijd onze les zijn want we moeten hier eerst naar kijken om erdoorheen te kunnen zien aangezien jij het werkelijkheid hebt verleend. We zullen deze dwaling samen in stilte ongedaan maken en vervolgens naar de waarheid kijken die erachter ligt.

zaterdag 28 maart 2015

Verwijzing van 29 maart uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


De stem van het ego spreekt je aan alsof het je vriend is en jouw belangen behartigt. Je zult je herinneren dat we al eerder gezegd hebben dat het ego je overtuigde dat God je te pakken zal krijgen en dat je het maar beter op een rennen kon zetten naar een plek waar je veilig bent. Die plek is dit universum. Voor wat het ego aangaat is een goede aanval de beste verdediging. In werkelijkheid zijn aanval en verdediging twee kanten van dezelfde medaille. In zijn bespreking van hoe enkele van deze ideeën aan elkaar gerelateerd zijn, onderricht de Cursus:

Het ego is dat deel van de denkgeest dat in verdeeldheid gelooft. Hoe zou een deel van God zich kunnen losmaken zonder te geloven dat het Hem aanvalt? We hebben hiervoor al besproken dat het autoriteitsprobleem gebaseerd is op het denkbeeld dat je je Gods macht toe-eigent. Het ego gelooft dat jij dit inderdaad gedaan hebt omdat het gelooft dat het identiek is aan jou. Als jij je met het ego vereenzelvigt moet je jezelf wel als schuldig zien. Telkens wanneer je op je ego reageert zal je schuld ervaren en straf vrezen. Het ego is heel letterlijk een angstige gedachte. Hoe belachelijk het idee van een aanval op God voor de gezonde denkgeest ook mag zijn, vergeet nooit dat het ego niet gezond is. Het vertegenwoordigt een waansysteem en is daar de spreekbuis van. Luisteren naar de stem van het ego wil zeggen dat je het voor mogelijk houdt God aan te vallen en gelooft dat een deel van Hem door jou werd weggerukt. Daarop volgt angst voor vergelding van buitenaf omdat de zwaarte van de schuld zo geweldig is dat hij wel moet worden geprojecteerd.

vrijdag 27 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


… de egostem in jouw denkgeest heeft jou een paar dingen verteld over jouw condities en ook over God die gewoon niet waar zijn. Je bent er ingetuind … Door de afscheiding en de stem van het ego serieus te nemen wordt dat, binnen je nu afgescheiden denkgeest, als een zonde tegen God geïnterpreteerd. Als je nu hebt gezondigd ben je dus schuldig en op dit metafysische niveau voel je dit ook al zal je het op het niveau van de wereld niet altijd voelen. Dat je een schuldige hufter bent zoals je jezelf nu voorstelt betekent dat je nu denkt dat je ernstig gestraft zult worden. 
De verwachting van deze bestraffing van een lot-erger-dan-de-dood wekt angst op, zo’n verschrikkelijke angst dat je het niet eens kunt bevatten. Je bent naar je gevoel al miljarden jaren bezig om ervoor weg te lopen. …

De vierde blokkade(voor vrede): de angst voor God

De buitentijdse, niet ruimtelijke, maar ogenschijnlijk afgescheiden denkgeest is in een verlammende staat van angst vanwege een bestraffing door God …waar jij in gelooft.

donderdag 26 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Dit is een cursus in wonderen. Het is een verplichte cursus. Alleen de tijd waarop je hem doet staat jou vrij. Vrije wil betekent niet dat jij het leerplan kunt vaststellen. Het betekent alleen dat je kunt kiezen wat je op een gegeven moment wilt doen. De cursus beoogt niet de betekenis van liefde te onderwijzen, want dat gaat wat onderwezen kan worden te boven. Hij beoogt echter wel de blokkades weg te nemen voor het bewustzijn van de aanwezigheid van liefde die jouw natuurlijk erfgoed is. Het tegendeel van liefde is angst, maar wat alomvattend is kent geen tegendeel.

woensdag 25 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Laat niet toe dat jij lijdt onder de ingebeelde gevolgen van iets wat niet waar is. Bevrijd je denkgeest van de overtuiging dat dit mogelijk is. In het feit dat dit volstrekt onmogelijk is schuilt jouw enige hoop op bevrijding. Welke andere hoop zou je nog willen? Vrijheid van illusies wordt alleen gevonden door er niet in te geloven. Er is geen aanval, maar er is wel onbeperkte communicatie en dus onbeperkte macht en heelheid. De macht van heelheid is uitbreiding. Rem in deze wereld je denken niet en je zult je denkgeest openstellen voor scheppen in God.

dinsdag 24 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Dit is een cursus in wonderen. Het is een verplichte cursus. Alleen de tijd waarop je hem doet staat jou vrij. Vrije wil betekent niet dat jij het leerplan kunt vaststellen. Het betekent alleen dat je kunt kiezen wat je op een gegeven moment wilt doen. De cursus beoogt niet de betekenis van liefde te onderwijzen, want dat gaat wat onderwezen kan worden te boven. Hij beoogt echter wel de blokkades weg te nemen voor het bewustzijn van de aanwezigheid van liefde die jouw natuurlijk erfgoed is. Het tegendeel van liefde is angst, maar wat alomvattend is kent geen tegendeel.

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - 45 - De dood - Vraag en antwoord

 
Vraag: Laat ons zeggen dat je uiteindelijk begonnen bent met denken op een juist gerichte manier en je dus niet meer hoeft terug te komen. Maar gezien we oorspronkelijk één zijn dan is het zo dat we allemaal juist gericht moeten denken vooraleer we met God kunnen verenigen en niet meer hoeven terug te keren. Klopt dit?
Antwoord: Het lijkt er op dat dit zo zou zijn en het klinkt ook als zijnde een heel goede vraag, maar het is gebaseerd op een foutieve aanname en deze verkeerde aanname is dat er vele Zonen van God zijn. En in onze ervaring is dat ook zo dat er vele Zonen van God zijn.
En daarom lijkt het erop dat we allemaal samen moeten terugkeren naar huis omdat we het als één verlaten hebben, maar dan zouden we hier een heel lange tijd moeten op wachten omdat er hier miljoenen en miljoenen en miljoenen als ons rondlopen en niet allen zijn even ver op spiritueel vlak gevorderd dan wij zijn. Juist?
J Dus moeten we een lange tijd wachten.
In het Handboek voor Leraren staat er een vraag die hierop gericht is en die zegt: ‘Hoeveel leraren van God zijn er nodig om de wereld te redden?’ En het antwoord is: één.
En die ene is daarom niet noodzakelijk Jezus. Hij is hier wel een voorbeeld van geweest, maar dat is niet degene waarover het hier gaat. De ene leraar van God die er nodig is om de wereld te redden ben jij, wie die jij dan ook wel mag zijn die deze woorden leest omdat wanneer je denkgeest genezen is, wanneer je een juist gerichte denker geworden bent, wat betekent dat je gekozen hebt tegen de afscheiding, wat ook wil zeggen dat je gekozen hebt tegen het verder onderverdelen wat het gevolg is van de afscheiding, dan word jij je er bewust van dat God slechts één Zoon heeft.
En in dat ogenblik besef je niet alleen dat God maar één Zoon heeft, maar dat er ook geen afscheiding is zodat de vraag (die duidelijk een vraag is die zich stelt en een doordachte vraag gezien vanuit het standpunt van een wereld van afgescheiden lichamen) ook gelijk verdwijnt. En wanneer je denkgeest genezen is dan besef je dat er niemand anders is.
Een van de vragen die mensen vaak stellen is: ‘Wat gebeurt er als ik sterf? Ben ik dan in de Hemel? Is de sluier van vergetelheid dan opgetild?’
En soms stellen mensen zelfs de vraag: ‘Als ik teruggekeerd ben, moet ik dan opnieuw het werkboek doen?’
(Deze vraag werd mij echt gesteld)
Het probleem echter met al deze vragen, die oprechte vragen zijn, het probleem met een dergelijke vraagstelling is dat dit gesteund is op de aanname dat wij hier in een lichaam zijn en je dus wil weten wat er gebeurt wanneer je het lichaam verlaat.
Maar je verlaat het lichaam niet omdat je altijd in het keuzemakende gedeelte bent van je denkgeest die droomt in een lichaam te zijn, dromend dat je lichaam geboren werd op een zeker moment, op een zekere dag, dromend dat je leven zich gedurende een bepaalde tijd voortzet  en dromend dat je sterft; ‘dromend’ dat je lichaam sterft.
En al die tijd dat de droom duurt ben jij in je denkgeest. Er gebeurt dus niets wanneer je sterft omdat er ook niets gebeurde terwijl je hier was.
Denk maar aan jezelf als kijkend naar een film. Bedenk dat je thuis lekker comfortabel op de bank zit en naar een film kijkt. Je zit op de bank en voor twee uur is je verstand ergens anders. Je hebt je geïdentificeerd met de personages in de film en de film eindigt. Sommige mensen leven, sommigen zijn gestorven. Wat er ook maar gebeurd is, gebeurt. Is er iets met jou veranderd? Nee, je zit nog steeds op de bank. Twee uur lang heb je gedeeld in de droom van iemand anders, de droom van de makers van de film en heb jij je geïdentificeerd met de personages op het scherm. Je zat nog steeds op de bank. De film is gedaan en je zit op de bank. En dan zeg je: ‘Ik wil een andere film zien’ en dus zoek je een andere zender op. Maar je blijft op de bank zitten. En gedurende de twee uur van die andere film ben je in een andere tijd en op een andere plaats met andere personages, maar je blijft zitten op de bank.
Hetzelfde geldt wanneer we een droom dromen dat we geboren worden, leven en sterven, we zitten op de bank. We zijn nog steeds een keuzemaker.
Dus welke schuld er zich in mijn denkgeest mag bevinden terwijl ik hier schijnbaar ben, die schuld blijft daar nog steeds wanneer mijn lichaam sterft. Er is niets veranderd. Je beschikt niet opeens over kennis wanneer je sterft. Het is niet noodzakelijk dat je een stralend licht ziet wanneer je sterft. Dit is mogelijk, maar het kan evengoed niet zo zijn. Mogelijks zie je een duister licht. J
Wanneer je sterft en je bent in je onjuist gerichte denken dan zal je nog steeds onjuist gerichte gedachten hebben.
Wanneer je sterft en je bent in je juist gerichte denken dan zal je juist gerichte gedachten blijven hebben.
Terwijl je hier zit heb je onjuist gerichte gedachten en juist gerichte gedachten. Er is hier niets en niets verandert. Wat verandert is dat jouw keuzemaker kiest om ofwel met jouw ego te zijn of met de Heilige Geest. Dat is wat verandert en niets anders.


maandag 23 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen

Het zal ondertussen duidelijk zijn waarom het ego de geest als zijn ‘vijand’ beschouwt. Het ego is uit de afscheiding ontstaan en zijn voortbestaan hangt af van jouw voortdurende geloof in de afscheiding. Het ego moet jou wel één of andere beloning in het vooruitzicht stellen voor jouw volharding in dit geloof. Het enige wat het te bieden heeft is een gevoel van tijdelijk bestaan dat begint met zijn eigen begin en eindigt met zijn eigen einde. Het vertelt jou dat dit leven jouw bestaan is omdat het zijn leven is. Tegenover dit gevoel van tijdelijk bestaan biedt de geest jou de kennis van bestendigheid en onwankelbaar bestaan. Niemand die ooit de openbaring hiervan ervaren heeft kan nog ten volle in het ego geloven. Hoe zou zijn povere aanbod het kunnen winnen van de glorievolle gave van God?

zondag 22 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Het lijkt misschien alsof alle afleidingen van het ego je leerproces dwarsbomen, maar het ego heeft niet de macht jou af te leiden tenzij jij het de macht daartoe geeft. De stem van het ego is een hallucinatie. Je mag niet verwachten dat het zegt: ‘Ik ben geen werkelijkheid.’ Toch wordt jou niet gevraagd je hallucinaties op eigen kracht te verdrijven. Er wordt jou alleen gevraagd ze te wegen aan de hand van hun gevolgen voor jou. Als jij ze vanwege verlies van vrede niet wilt, worden ze voor jou uit je denkgeest weggenomen.

vrijdag 20 maart 2015

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - Verbinden (met Nederlandstalige ondertiteling)

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Misschien verbaast het je te horen hoezeer de werkelijkheid verschilt van wat jij ziet. Je beseft de omvang van die ene dwaling niet. Die was zo enorm en zo volslagen ongelofelijk dat daaruit wel een wereld van totale onwerkelijkheid moest oprijzen. Wat kon er anders uit voortkomen? De versplinterde aspecten ervan zijn angstwekkend genoeg wanneer je ernaar begint te kijken. Maar niets wat je hebt gezien toont jou ook maar enigszins de enorme omvang van de oorspronkelijke dwaling die schijnbaar jou uit de Hemel wierp, kennis verbrijzelde tot betekenisloze stukjes gescheiden waarneming en je dwong tot het ondernemen van verdere substitutie.

donderdag 19 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Het zal ondertussen duidelijk zijn waarom het ego de geest als zijn ‘vijand’ beschouwt. Het ego is uit de afscheiding ontstaan en zijn voortbestaan hangt af van jouw voortdurende geloof in de afscheiding. Het ego moet jou wel één of andere beloning in het vooruitzicht stellen voor jouw volharding in dit geloof. Het enige wat het te bieden heeft is een gevoel van tijdelijk bestaan dat begint met zijn eigen begin en eindigt met zijn eigen einde. Het vertelt jou dat dit leven jouw bestaan is omdat het zijn leven is. Tegenover dit gevoel van tijdelijk bestaan biedt de geest jou de kennis van bestendigheid en onwankelbaar bestaan. Niemand die ooit de openbaring hiervan ervaren heeft kan nog ten volle in het ego geloven. Hoe zou zijn povere aanbod het kunnen winnen van de glorievolle gave van God?

woensdag 18 maart 2015

Dagelijkse verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


De Heilige Geest gebruikt de tijd, maar Hij gelooft er niet in. Omdat Hij van God komt gebruikt Hij alles ten goede, maar Hij gelooft niet in wat niet waar is. Aangezien de Heilige Geest in je denkgeest is kan jouw denkgeest ook alleen maar geloven wat waar is. De Heilige Geest kan alleen uit naam hiervan spreken omdat Hij namens God spreekt. Hij spoort jou aan je hele denkgeest te doen terugkeren naar God omdat die Hem nooit verlaten heeft. Als die Hem nooit verlaten heeft hoef je hem slechts waar te nemen zoals hij is om hem te doen terugkeren. Het volle besef van de Verzoening is dan ook het inzicht dat de afscheiding nooit heeft plaatsgevonden. Het ego kan hierover niet zegevieren omdat het de uitdrukkelijke vaststelling is dat het ego nooit heeft plaatsgevonden.

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - 44 - De dood - deel 2


 

Dit is deel 2 over de dood. De vorige keer hadden we het
over het belang het symbool niet te verwarren met de bron, het lichaam en de
denkgeest en de gedachte dat het ego dood aanziet als de onvermijdelijke straf
voor onze zonde. Maar er is ook een andere manier om naar de dood te kijken en
wellicht staat de beste omschrijving van deze andere manier in het pamflet ‘Het
Lied van het Gebed’ dat Helen geschreven heeft één jaar na de publicatie van de
Cursus. Het staat in het derde hoofdstuk van dit pamflet dat gaat over genezing
in het deel ‘Pseudo-genezing tegenover ware genezing’. En daarin zegt Jezus dat
er een andere ‘soort’ van dood bestaat en dat dood niet een straf is voor onze
zonde, maar dat de dood in feite de beloning is voor een leven die doorgebracht
werd in de leerschool van ons leven als een lichaam. Dat we dankbaar het
lichaam afleggen omdat het ons goed van dienst is geweest voor het leren van
onze lessen om nu dan gewoon verder te gaan.

Dood is dus geen straf en moet niet gezien worden als iets
om bang voor te zijn. Niet zoiets, wanneer gezien vanuit het standpunt van het
ego, waartoe we worden aangetrokken, zoals wordt uitgelegd in de derde blokkade
voor de vrede, maar eerder iets om naar uit te kijken omdat we goed ons best
gedaan hebben.

Net zoals op school dat we ons best gedaan hebben en hard gewerkt en we een
goed gevoel hebben over het werk dat we gedurende een jaar hebben gedaan. Of
wanneer we afstuderen, voor het werk dat we gedaan hebben om te kunnen
afstuderen. En in zekere zin is dit zo’n beetje hetzelfde om de dood te zien als
een beloning, het geschenk voor het afstuderen, dat we hard gewerkt hebben in
de leerschool van de vergeving van de Heilige Geest, dat we onze lessen zo goed
mogelijk geleerd hebben en we leggen nu het lichaam af.

Dit wil daarom niet zeggen dat we al onze lessen geleerd
hebben. Het is best mogelijk dat we lichamelijk dood gaan, maar dat er nog
steeds dingen zijn die we moeten leren. Dat er nog steeds niet-vergeving is
waar naar gekeken moet worden en dit kunnen we doen op een manier om terug te
keren in een lichaam of we zetten de reis verder als denkgeest. Want
uiteindelijk is de hele reis, zoals Jezus ons vertelt, een reis zonder afstand
en gebeurt ze in de denkgeest omdat er geen lichaam bestaat.

De leerschool dus die in het lichaam lijkt te zijn, zoals ik
daarnet heb aangegeven, bestaat alleen maar in de denkgeest, in het denken want
er is alleen maar de denkgeest. De reis die we dus maken is werkelijk de reis
vanuit onze keuze voor het onjuist gerichte denksysteem en onze identificatie
hiermee, die we nu corrigeren.

En we reizen nu, in zekere zin, terug naar onze keuzemakende denkgeest, kiezen
voor een andere leraar en gaan nu verder met een juist gericht denken.

Wat we leren gebeurt alleen maar in het denken, maar de ervaringen die we
moeten leren gebeuren in/met het lichaam. En dus of we nu geloven dat we moeten
terugkeren als een lichaam om onze reis verder te zetten of we zetten die
verder in de denkgeest zonder dat het nodig is om in een lichaam te zijn, is in
principe niet relevant zolang we maar blijven leren van de juiste Leraar.

De dood dus, de dood van het lichaam of we het nu hebben over onze eigen dood
die nadert of we helpen mensen, waar we vertrouwd mee zijn, bij hun dood, is er
om onszelf er aan te helpen herinneren dat de dood slechts een ander deel is
van de reis en dat het een reis is die in de denkgeest gebeurt. En dat we
dankbaar mogen zijn voor de lessen die we leren, dankbaar zijn voor wat we nog
niet geleerd hebben omdat we nog steeds te bang zijn voor het volledige begrip om
onze denkgeest, ons denken los te laten, het volledig los laten van schuld en
volledig vergeven en dat we dit verder kunnen zetten, dat we hiermee kunnen
doorgaan.

En Jezus zegt ons in ‘het ontwikkelen van vertrouwen’ in het
Handboek voor Leraren, dat wij in de vierde fase hiervan zijn, die het bereiken
van vrede is. Dat we nog niet zo ver gekomen zijn als we denken. We hebben nog
steeds de vijfde en zesde fase te gaan, waarvan de zesde fase is het bereiken
van de werkelijke wereld en hij zegt ons dat we nog niet zo ver zijn als we
denken, maar dat we niet moeten wanhopen.  Dit zegt hij niet letterlijk zo, maar dit is
wel wat hij bedoelt omdat er machtige metgezellen zijn die ons vergezellen en
deze machtige metgezellen zijn de lessen die we geleerd hebben.

Dus ook al sterven we lichamelijk, we nemen toch datgene wat
we geleerd hebben met ons mee. We nemen de vergeving met ons mee die we in
praktijk gebracht hebben, de vergeving die we van anderen mochten ontvangen of
de liefde die we gevoeld hebben van zowel de weerspiegelingen in deze wereld van
de liefde van Jezus die we met ons meenemen en waar we hier ook dankbaar voor
zijn. We zijn hier dankbaar dat we onze lessen hebben kunnen leren en we zijn
dankbaar voor onze krachtige metgezellen van ons leren, die we met ons meenemen
en die ons verder zullen ondersteunen.

De dood is dus niet iets om bang voor te zijn. Dood is ook
niet iets om in zekere zin naar uit te kijken, dood is niets anders dan de
onvermijdelijke stap of fase wanneer we zeggen: ‘ik heb het geleerd … ik heb
het in deze fase zo goed mogelijk gedaan, maar ik weet dat dit nog verdergaat.’
De dood is dus niet een groot probleem. Het is zeker niet het einde van leven
en het is daarom ook niet noodzakelijk het einde van ons leren. Het is gewoon
een volgende fase.

Het is vaak zo dat wanneer we afgestudeerd zijn, van de universiteit
bijvoorbeeld, dat dit niet wil zeggen dat we onze studies niet verder zullen
zetten.

Evenzo betekent onze dood niet noodzakelijk het einde van ons leren. Het
betekent gewoon dat we blijven doorgaan en we zullen blijven doorgaan tot we
tenslotte de Verzoening aanvaarden en herkennen dat er niets meer is dat moet
geleerd worden omdat er nooit iets geweest is dat moest geleerd worden omdat we
nooit de Eenheid van onze Bron hebben verlaten.

dinsdag 17 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


De Heilige Geest is de Christus-Denkgeest die zich bewust is van de kennis die voorbij de waarneming ligt. Hij is bij de afscheiding ontstaan als bescherming en inspireerde tegelijkertijd het Verzoeningsbeginsel. Voordien was er geen genezing nodig want niemand was zonder troost. De Stem van de Heilige Geest is de Oproep tot Verzoening of het herstel van de integriteit van de denkgeest. Wanneer de Verzoening compleet is en het hele Zoonschap genezen zal er geen Oproep tot terugkeer meer uitgaan. Maar wat God schept is eeuwig. De Heilige Geest zal bij de Zonen van God blijven om hun scheppingen te zegenen en die in het licht van de vreugde te bewaren.

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - 43 – De dood – deel 1

 
 
Deze morgen hebben we het over de dood en dit is een thema waar we meer dan vijf minuten voor nodig hebben want de Cursus zegt ons dat dit het centrale thema is in het denksysteem van het ego. Het is een fenomeen waar iedereen in deze wereld mee te maken krijgt zoals de dood van een geliefde of soms de dood van een idee en vooral onze eigen dood. En het is duidelijk dat dit een zeer belangrijk onderwerp is want wellicht bestaat er geen enkel ander thema dat zozeer de kern raakt van de verwarring rond vorm en inhoud, rond lichaam en geest.
In feite behandelt de derde blokkade voor de vrede in hoofdstuk 19 ‘de aantrekkingskracht van de dood’. En het is in die bespreking dat Jezus een heel duidelijke uitspraak doet daar waar hij zegt om het symbool niet te verwarren met de bron (T19.IV.C.11:2) en meer bepaald heeft hij het hier over de dood. Het symbool is de dood van het lichaam en de bron is het idee van de dood die men integraal het basisidee kan noemen van het denksysteem van het ego. En Jezus waarschuwt ons voor de verwarring tussen symbool en bron, tussen lichaam en geest, tussen vorm en inhoud. Namelijk de kwestie is niet de dood van het lichaam, want hoe kan iets wat niet leeft dood gaan? Met andere woorden, zoals ons veelvuldig en op verschillende manieren wordt gezegd, sterft het lichaam niet, het leeft niet, het is niet geboren, enz. . En alles in de wereld is eenvoudig een projectie die zijn bron in de denkgeest niet heeft verlaten. Het is de projectie van het denksysteem van het ego en wanneer dit denksysteem bestaat uit de gedachte van afscheiding en daarna van zonde, schuld en angst is het resultaat voor onze schuld, het onvermijdelijke resultaat of de straf voor onze zonde de dood en dat is waar we bang voor zijn.
We zijn allemaal bekend met het derde hoofdstuk in Genesis die een prachtige, mythische voorstelling geeft van de geboorte van het ego. Adam en Eva die zich afscheiden van de Wil van God door ongehoorzaam te zijn aan Zijn verbod te eten van de boom van de kennis van goed en kwaad. Ze voelen dan dat ze gezondigd hebben. Ze voelen zich schuldig en verbergen zich in de struiken, doodsbang voor de straf van God. Ze verbergen hun naaktheid (iets wat snel in het Jodendom en Christendom en dan vooral in het Christendom zijn weerga vindt tussen zonde en sexualiteit) en ze worden bang voor God en verbergen zich omdat ze horen dat God in de tuin wandelt . En dan natuurlijk vat God hen bij de kraag en straft Hij hen. En de uiteindelijke straf (in feite de bijna laatste straf omdat Hij hen straft door de dood die nu in de wereld is, een duidelijk gevolg van hun zonde) en vervolgens gooit Hij hen uit de Hemel om nooit meer terug te keren. Hij verbant hen uit de Hof van Eden om nooit meer terug te keren en verbiedt hen zelfs om nog terug te keren wat natuurlijk de uiteindelijke straf is.
Dus we sterven niet alleen, maar kunnen ook nooit terugkeren naar huis en van dat ogenblik af moesten we het doen met de dood. Wat het nog moeilijker maakt is dat we heel diep van binnen geloven dat de dood de onvermijdelijke straf is voor de zonde. We geloven allemaal dat we zondaars zijn omdat we allemaal geloven dat we hier zijn in een lichaam met een persoonlijkheid, wat betekent dat we afgescheiden zijn. En voor het ego zijn afscheiding en zonde hetzelfde en daarom verdienen we om gestraft te worden voor onze zonde. En aangezien we deze gedachte aan zonde geprojecteerd hebben op het lichaam geloven we daarom dat we een lichaam zijn en dus dat lichamen het verdienen om gestraft te worden.
En nogmaals dat is wat de schrijver van Genesis, of schrijvers van het verhaal van Adam en Eva direct in het begin ervan hebben geschreven. En dit wordt natuurlijk de hoeksteen van alles wat verder geschreven is in de Bijbel, zowel van het Oude als van het Nieuwe Testament.
En hoe gaan we nu om met onze zonde en hoe gaan we nu om met het schijnbare feit van ons bestaan, namelijk dat we zullen sterven?
Wat dus een heel groot probleem vormt voor ons allemaal als studenten van de Cursus is de verwarring tussen het symbool en de bron en het een kwestie wordt, nogmaals, vooral wanneer het onze eigen ondergang betreft, onze eigen dood, ons eigen sterven. We zijn er dus van overtuigd dat lichamen sterven. We zijn ervan overtuigd dat wij verliezen.
Er is die prachtige passage in de inleiding van hoofdstuk 13 in de tekst waar Jezus beschrijft wat deze ‘wonderlijke’ wereld is of de wereld waarvan we denken dat ze zo prachtig is en waarvan hij ons zegt dat het ‘een waansysteem is van hen die gek geworden zijn van schuld’ (T.13.Inl.2:2) en hij heeft het over de meest waanzinnige gedachten in ons denksysteem. En onze ervaringen hier als een lichaam is dat we verliezen, we verliezen liefde, liefde wordt van ons afgenomen. En zeker alle ervaringen, omdat we allemaal mensen kennen waar we van houden en die sterven, te beginnen bij onze ouders en naarmate we ouder worden meer en meer mensen in onze levens, familie en vrienden en bekende mensen en we rouwen om hen, we voelen dat er een verlies is, dat we de liefde verliezen waarvan we dachten dat we die hadden en tenslotte de liefde die we denken te zijn en dit is dus de manier van Jezus om te zeggen hoe waanzinnig dit allemaal is.
Dit sluit onze eerste bespreking over de dood af waar we gekeken hebben dat de dood niet iets van het lichaam is, maar van de denkgeest. Volgende week gaan we hiermee verder, waar we het gevolg, de consequentie hiervan zullen bespreken.


maandag 16 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Het ego herkent de werkelijke bron van ‘dreiging’ niet en als jij jezelf met het ego associeert begrijp jij de situatie niet zoals die is. Alleen jouw trouw aan het ego geeft het enige macht over je. Ik heb over het ego gesproken alsof het een losstaand ding was dat zelfstandig opereert. Dit was nodig om jou ervan te overtuigen dat je het niet luchtig weg kunt wuiven en moet beseffen hoeveel van je denken egogericht is. We kunnen het daar echter niet veilig bij laten, want anders zal jij jezelf beschouwen als onvermijdelijk verscheurd zolang je hier bent of zolang jij gelooft dat je hier bent. Het ego is niet meer dan een deel van wat jij over jezelf gelooft. Je andere leven is zonder onderbreking doorgegaan en heeft totaal geen invloed ondergaan en zal die van je pogingen het te dissociëren ook nooit ondergaan.

zondag 15 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Je kunt niet onderdelen van de werkelijkheid liefhebben én begrijpen wat liefde betekent. Hoe kun je dit begrijpen als je anders wilt liefhebben dan God die geen speciale liefde kent? Geloven dat speciale relaties, met speciale liefde, jou verlossing kunnen bieden, is geloven dat afscheiding verlossing is. Want juist in de volstrekte gelijkheid van de Verzoening wordt verlossing gevonden. Hoe kun je nu besluiten dat speciale aspecten van het Zoonschap jou meer kunnen geven dan andere? Het verleden heeft je dat geleerd. Maar het heilig ogenblik leert jou dat dit niet zo is.

zaterdag 14 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Waarneming houdt altijd een zeker misbruik van de denkgeest in omdat ze die in gebieden van onzekerheid brengt. De denkgeest is zeer actief. Wanneer hij kiest voor afscheiding kiest hij voor waarneming. Tot dan wil hij slechts kennis. Nadien kan hij slechts op een dubbelzinnige manier kiezen en de enige uitweg uit dubbelzinnigheid is heldere waarneming. De denkgeest keert pas tot zijn juiste functie terug wanneer hij kennis wil. Dit stelt hem in dienst van de geest waar waarneming wordt veranderd. De denkgeest kiest ervoor zichzelf op te delen wanneer hij verkiest zijn eigen niveaus te maken. Maar hij kan zich niet totaal van de geest afscheiden want aan de geest ontleent hij al zijn macht om te maken of te scheppen. Zelfs in zijn miscreaties bevestigt de denkgeest zijn Bron anders zou hij eenvoudig ophouden te bestaan. Dat is onmogelijk omdat de denkgeest toebehoort aan de geest die door God is geschapen en daarom eeuwig is.

vrijdag 13 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


De vermogens die jij nu bezit zijn slechts een schaduw van jouw werkelijke kracht. Al de functies die jij nu hebt zijn verdeeld en aan vragen en twijfel onderhevig. Dat komt doordat je er niet zeker van bent hoe je ze zult hanteren en daardoor ben jij niet tot kennis in staat. Je bent bovendien niet tot kennis in staat omdat je nog altijd kans ziet zonder liefde waar te nemen. Waarneming bestond niet voordat de afscheiding gradaties, aspecten en intervallen introduceerde. De geest kent geen niveaus en alle conflict komt voort uit het idee dat er niveaus zijn. Alleen de Niveaus van de Drie-eenheid zijn tot eenheid in staat. De niveaus die door de afscheiding zijn gecreëerd, kunnen niet anders dan met elkaar in strijd zijn. Dat komt doordat ze voor elkaar geen betekenis hebben.

donderdag 12 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Het bewuste, het niveau van de waarneming, was de eerste splitsing die na de afscheiding in de denkgeest werd ingevoerd wat de denkgeest tot waarnemer in plaats van schepper maakte. Het bewuste wordt terecht als het domein van het ego aangemerkt. Het ego is een onjuiste denkpoging om jezelf te zien zoals jij wenst te zijn in plaats van zoals jij bent. Toch kun je jezelf alleen kennen zoals jij bent want dat is het enige waar jij zeker van kunt zijn. Al het andere is aan twijfel onderhevig.

woensdag 11 maart 2015

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - 32 – Onderdrukken – onderdrukking en projectie

 
 
In het praatje van deze morgen lijk ik als een afstandelijke psycholoog wat helaas het risico van het vak is J . En ik wil het hebben over het verband tussen onderdrukking en projectie omdat het als student van Een Cursus in Wonderen zeer belangrijk is te begrijpen waarom het zo essentieel is dat wij ons denken en de inhoud van ons denken herkennen zodat we het zouden veranderen. Een wanneer we de inhoud van onze denkgeest niet begrijpen, namelijk de inhoud van oordeel, afscheiding en haat van het ego dan is er geen enkele mogelijkheid om dit te veranderen.
Laat mij het eerst hebben over de theorie. Waar ik het wil over hebben komt rechtstreeks uit het werk van Sigmund Freud waarin zoveel terug te vinden is over het begrijpen van het ego. Het was wel niet Freud die het belang ervan ontdekt heeft maar dit zeker wel herkende en er dan enorm veel tijd aan besteed heeft in het beschrijven hoe dit proces werkt. Hij had het over de dynamiek van het onderdrukken en tussen haakjes de Cursus gebruikt nooit het woord  ‘onderdrukken’, de Cursus gebruikt het woord ‘ontkenning’. Maar in het kader van het doel van de Cursus, wanneer we het hebben over het ego, kunnen de woorden ‘ontkenning’ en ‘onderdrukking’ als synoniem worden gebruikt. Wanneer we dus de inhoud van het onbewuste onderdrukken of ontkennen dan wordt deze inhoud onvermijdelijk naar buiten geprojecteerd.
Freud heeft enorm veel tijd besteed om in beeldende vorm en vrij gedetailleerd te beschrijven hoe de inhoud van de onbewuste denkgeest zijn weg op een slinkse manier, naar buiten in de wereld vindt, niet alleen in onze dromen, maar ook in ons gedrag en in ons spreken, zijn weg naar buiten vindt in onze cultuur, religie, kunst, enz. . En dus de basisregel die hij voor ons filterde zodat wij het zouden kunnen begrijpen is dat wanneer we iets onderdrukken waarvan we vinden dat het verwerpelijk is, niet toelaatbaar en onaanvaardbaar voor ons, we dit onvermijdelijk naar buiten projecteren. Het is zo’n beetje alsof we de inhoud van de denkgeest naar beneden drukken en eens we het naar beneden gedrukt hebben duwen we het naar buiten en projecteren het naar buiten toe.
Wat dit nu betekent is dat wanneer wij ons onze onbewuste schuld niet herkennen voor wat het is dan wordt dit onvermijdelijk naar buiten geprojecteerd in de vorm van aanval, oordeel, kritiek en in grotere vorm als oorlog en al die verschrikkelijke dingen die we met oorlog associëren, inclusief marteling, verminking , het doden van onschuldige mensen, vernietigen van steden, landen, enz. en men herkent hoe dit doorheen de hele geschiedenis heeft plaatsgevonden vooral als we kijken naar de geschiedenis van het christendom waar we de christenen zien die het anders zo goed menen en die geloven dat zij verlost werden omdat zij de liefde van hun redder hadden aanvaard, die liefde van Jezus gebruikten als een excuus om oorlog te voeren in wat zij noemden … en wat waarschijnlijk de grootste tegenspraak aller tijden is en heilige oorlogen voerden, zoals de kruistochten. En het is duidelijk dat het christendom niet de enige religie is die dit heeft gedaan en nog steeds doet. Maar dit gebeurt… dit gebeurt jammer genoeg en Jezus spreekt hierover in het begin van hoofdstuk 3 in de paragraaf ‘Verzoening zonder offer’ waar hij rechtstreeks verwijst naar de christenen en zegt dat waar mensen die voelen dat zij hun heer en meester van de vrede volgen en niet bewust zijn van hun onderbewuste schuld en geloven dat hun schuld en hun zonde werd witgewassen door het bloed van Jezus, hoe ze spreken over de kruisiging en de verlossing door opoffering en zich niet bewust zijn van hun schuld, dan is het onvermijdelijk dat zij dit naar buiten projecteren. En hetzelfde vindt men spijtig genoeg terug in de relatief korte geschiedenis van Een Cursus in Wonderen waar je studenten van de Cursus hebt die verklaren dat zij de Cursus volgen en de leer van vergeving ervan in praktijk brengen, maar eindigen in het maken van oordelen, beschuldigingen en allerlei lelijke dingen zeggen over andere Cursusstudenten of Cursusleraren zonder te beseffen dat wat zij aan het doen zijn geen zin heeft wanneer ze echt zouden oefenen wat de Cursus leert. Het heeft wel degelijk zin wanneer men begrijpt dat wanneer we ons niet bewust zijn van onze schuld we veroordeeld zijn om voortdurend te blijven projecteren en het in allerlei hatelijke en oordelende vormen uitdrukken.
Het antwoord hierop is om die oh zo belangrijke regel uit het begin van hoofdstuk 21 te herkennen die zegt dat de wereld die we zien een uiterlijk beeld is van een innerlijke toestand (T21.Inl.1:5), met andere woorden de keuze van de keuzemaker voor het ego.
Wanneer we inzien dat we oordelende gedachten hebben over iemand, onvriendelijke gedachten over iemand, wanneer we een waarneming hebben die niet langer het Zoonschap als de gelijke ziet, dat dit dan de aanwijzing is, zoals het geschreven staat bijna op het einde van hoofdstuk 5 “Ik moet de verkeerde keuze hebben gemaakt, want ik ben niet in vrede.’ (T5.VII.6:7)
Ik realiseer mij dat ik niet in vrede ben wanneer ik niet het hele Zoonschap insluit en omarm in die vrede en in mijn vergeving. En wanneer ik mij er bewust van wordt dat ik sommige leden van het Zoonschap uitsluit dan is dat voor mij de aanwijzing dat ik de verkeerde keuze heb gemaakt. Het is dat wat mij van mijn onbewuste staat als een lichaam die ziet dat ik afgescheiden ben, of heiliger ben dan, dat beter is dan andere mensen of groepen, dit brengt mij van die onbewuste toestand naar mijn denkgeest wanneer ik mij er bewust van wordt dat het enige probleem de keuze van mijn denkgeest voor schuld is. En wanneer ik dit niet corrigeer door de desastreuze en pijnlijke gevolgen ervan te herkennen dan ben ik, nogmaals, veroordeeld om te blijven projecteren naar buiten en andere mensen aan te vallen en denken dat ik dit doe in naam van Jezus zelf.
Het antwoord is dus onze oordelen herkennen voor wat ze zijn: projecties van onze schuld die zich voordoet in de denkgeest, terugkeren naar de denkgeest en opnieuw kiezen.


dinsdag 10 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen

Zelfs in de jaren negentig van de vorige eeuw laat een van de populairste boeken die er ooit geschreven werden God Zelf zeggen dat Hij angst schiep! Dat is zo’n grote onjuistheid  dat we niet voldoende kunnen benadrukken hoe volledig fout dit is. God schept niets dat niet de perfecte eenheid van de Hemel is. Zoals Jezus het zegt in het allereerste begin van de Cursus wanneer hij alles beschrijft dat niet het denksysteem van de Heilige Geest weergeeft:

Al het andere is jouw eigen nachtmerrie en bestaat niet.

maandag 9 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen

… om werkelijk Gods Helper, de Heilige Geest, te aanvaarden, moet je beginnen God te vertrouwen. Je kunt Hem niet vertrouwen totdat je herkent dat niet Hij, maar jij, verantwoordelijk bent voor je eigen ervaringen. Je zult je schuldig voelen tot je begrijpt dat deze wereld niet echt is en dat er niet echt iets is gebeurd. Dat betekent niet dat jij je binnen de illusie je niet verantwoordelijk moet gedragen. … God zou deze wereld niet geschapen kunnen hebben. Dat zou niet met Zijn aard overeenstemmen. Hij is niet wreed en zoals Jezus zegt:

Als dit de werkelijke wereld was zou God ook wreed zijn. Want geen enkele Vader zou Zijn kinderen aan zo’n lot onderwerpen als tol voor de verlossing en toch liefdevol zijn. Liefde doodt niet om te verlossen. Deed ze dat wel dan zou aanval verlossing zijn en dat is de interpretatie van het ego, niet die van God. Alleen de wereld van schuld zou dit kunnen eisen want alleen de schuldigen zouden zich dit kunnen voorstellen. De ‘zonde’ van Adam had niemand kunnen treffen als hij niet geloofd had dat het de Vader was die hem uit het Paradijs verdreef. Want door dat te geloven ging het kennen van de Vader verloren aangezien alleen zij die Hem niet begrijpen dit konden geloven.

zondag 8 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


De Stem namens God en de Hemel, de Heilige Geest, is nog steeds bij je om je aan de waarheid te herinneren en je op te roepen om terug te keren.

De Heilige Geest is de geest van vreugde. Hij is de Oproep tot terugkeer waarmee God de denkgeest van Zijn afgescheiden Zonen heeft gezegend. Dit is de roeping van de denkgeest. De denkgeest had tot aan de afscheiding geen roeping omdat hij daarvoor alleen maar was en de Oproep tot juist denken niet begrepen zou hebben. De Heilige Geest is Gods Antwoord op de afscheiding, het middel waarmee de Verzoening genezing brengt totdat de hele denkgeest terugkeert tot scheppen.

zaterdag 7 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Laten we de droom die hij heeft weggegeven teruggeven aan de dromer die de droom ziet als iets los van hem dat hem is aangedaan. In de eeuwigheid, waar alles één is, sloop een nietig dwaas idee binnen waarom de Zoon van God vergat te lachen. Door dit te vergeten werd de gedachte een serieus idee, in staat tot zowel verwezenlijking als werkelijke gevolgen. Samen kunnen we ze beide weglachen en begrijpen dat de tijd geen inbreuk kan maken op de eeuwigheid. Het is ridicuul te denken dat de tijd de eeuwigheid kan omringen, die juist betekent dat er geen tijd bestaat.

vrijdag 6 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Niemand kan als eenling de lofzang der verlossing zingen. Mijn taak is niet ten einde eer ik iedere stem samen met de mijne verheven heb. En toch is ze de mijne niet, want zoals ze mijn gave is aan jou, zo was ze de gave van de Vader aan mij, mij door Zijn Geest gegeven. Haar klank zal verdriet verdrijven uit de denkgeest van Gods hoogst heilige Zoon waar geen smart kan verblijven. Genezing is nodig in de tijd want waar smart woont, kan vreugde haar eeuwig rijk niet vestigen. Jij woont niet hier, maar in de eeuwigheid. Je reist slechts in dromen terwijl jij veilig thuis bent. Breng dank aan ieder deel van jou dat jij geleerd hebt zich jou te herinneren. Zo brengt de Zoon van God daadwerkelijk dank aan zijn Vader voor zijn zuiverheid.

donderdag 5 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


De wereld kan geen beelden van jou onderwijzen tenzij jij die zelf wilt leren. Er zal een tijd komen dat alle beelden hebben afgedaan en dat jij ziet dat je niet weet wat jij bent. Naar deze onverzegelde en open denkgeest keert de waarheid ongehinderd en ongebonden terug. Waar zelfconcepten terzijde zijn gelegd wordt de waarheid geopenbaard precies zoals zij is. Wanneer ieder concept in twijfel is getrokken en bevraagd en erkend wordt dat dit op geen enkele veronderstelling berust die standhoudt in het licht, dan is de waarheid vrij om in haar heiligdom binnen te treden, zuiver en vrij van schuld. Er is geen uitspraak die de wereld meer vreest te horen dan deze:

Ik weet niet wat ik ben en daarom weet ik niet wat ik doe, waar ik ben of hoe ik de wereld of mijzelf moet bezien.

Toch wordt in dit leren verlossing geboren. En Wat jij bent zal jou over Zichzelf vertellen.

woensdag 4 maart 2015

Thema's uit Een Cursus in Wonderen - 42 - Zachtmoedigheid


 
Deze morgen hebben we het over hartelijkheid, zachtmoedigheid.

Wanneer je terugdenkt aan de eigenschappen van Gods Leraren, de tien eigenschappen die deel uitmaken van de gevorderde leraren van God, een verwijzing naar gevorderde leraren van God in het Handboek voor Leraren, dan herinner jij je wellicht dat de vierde eigenschap ‘zachtmoedigheid’ is. (HvL.4.IV) En ik heb altijd het gevoel gehad dat dit één van de belangrijkste tien is, al is elk van hen praktisch gelijk aan de ander. Maar we zijn zo geneigd om niet zachtmoedig, niet hartelijk te zijn. We zijn zeker niet zachtmoedig met onszelf.

Wanneer we ons van God hebben afgescheiden waren we niet zachtmoedig. We hebben een wereld gemaakt die hardvochtig is. We hebben een lichaam gemaakt die altijd kwetsbaar is voor pijn. Onze levens hier zijn allesbehalve zachtmoedig en we zijn ook absoluut niet zachtmoedig tegenover andere mensen. We voelen dikwijls een waar gevoel van welbehagen en vermaak wanneer we iemand kunnen verslaan of we dat nu op fysiek vlak doen, verbaal of zelfs in onze gedachten. Dus zachtmoedigheid is niet iets waar we goed in zijn.
En omdat we hier niet zo goed in zijn en gezien ‘projectie waarneming maakt’ denken we ook dat Jezus en zijn cursus niet echt zachtaardig zijn en voelen we vaak dat hij ons bekritiseert, dat hij de spot drijft met ons en dat hij dingen van ons eist waar we niet toe in staat zijn. En dat niet alleen wanneer we de Cursus lezen, maar evenzo in onze persoonlijke ervaringen met hem of met de Heilige Geest.
En zeker religie en duidelijk Westerse religies, in het bijzonder het Jodendom en het Christendom, behandelen God niet echt hartelijk. In feite is het christelijke standpunt over verlossing er één van offer brengen – het verlossende offer van Jezus aan het kruis – waar we allemaal in ons leven moeten tegen vechten. God vraagt een offer van ons, dat we onszelf onthouden van plezier, dat we pijn tot het uiterste brengen, zoals Moeder Teresa eens zei dat ‘lijden is een kus voor God’. En ook aan ons wordt gevraagd dit lijden te offeren want uiteindelijk is dat hetgene wat de ‘heer, onze verlosser’ voor ons heeft gedaan.

Dus dit gebrek aan zachtmoedigheid zit ingebouwd in het denksysteem, niet alleen van Westerse religies, maar ook van vele Oosterse religies en het zit zeker ingesloten in de psyche van iedereen die hier komt omdat dit de kern vormt van het denksysteem van het ego.

In feite een manier om naar zonde te kijken is door werkelijk in te zien dat wij onszelf ervan beschuldigen niet zachtmoedig, niet vriendelijk te zijn tegenover God. Wel integendeel. In feite hebben we tegen God gezegd dat Zijn Liefde niet voldoende was. Dat het Zelf dat Hij geschapen heeft niet genoeg is. Dat we iets anders willen, iets speciaals, iets uniek en we vonden het dus gerechtvaardigd dat wij van God het leven konden ontnemen dat Hij aan ons heeft gegeven waardoor we Hem levenloos achtergelaten hebben, m.a.w. dood. En we hebben nu een wereld gemaakt die tegengesteld is aan de Hemel, een zelf die het tegenovergestelde is van het glorieuze Zelf dat God heeft geschapen en we hebben een liefde gemaakt die precies het tegenovergestelde is van de allesomvattende liefde van God, namelijk de speciale liefde van het ego. En niets van dit alles is zachtmoedig.

En dus, gezien het denksysteem van het ego begint met een daad die we als onvriendelijk, hard en wreed beoordelen, hebben we een denksysteem gemaakt die allesbehalve zachtaardig is. Zonde, schuld, angst, lijden en dood kan je moeilijk een zachtaardig denksysteem noemen. We hebben een wereld gemaakt die niet vriendelijk is.

In feite zegt Jezus in de passage in het begin van Hoofdstuk 13 (T13.Inl.2:2) dat de wereld een waansysteem is gemaakt door hen die gek geworden zijn van schuld en dan beschrijft hij wat de wereld is. Hij heeft het over een wereld van pijn en lijden en niet zachtmoedig.
Dus gezien ons zijn, ons bestaan als ego en als een afgescheiden zelf geworteld is in een niet-zachtmoedig denksysteem is het niet mogelijk om hierin vriendelijk te zijn.
Zachtmoedigheid wordt dus een heel belangrijke eigenschap voor een gevorderde leraar van God want dat toont aan dat deze gevorderde leraar gekozen heeft tegen het denksysteem van het ego en dit stelt hem of haar in staat om zachtaardig te zijn tegenover zichzelf en dus ook zachtaardig met alles en iedereen.

Het betekent dat je naar het ego kijkt en het niet aanvalt. Je kijkt en onderzoekt je eigen ego en je voelt je niet schuldig. Je valt jezelf niet aan en dus projecteer je niks naar buiten en val je dus ook geen andere mensen aan. Je kijkt met die milde glimlach naar het ego, waar we het in een eerder praatje reeds over gehad hebben. Je kijkt naar het ego en je glimlacht alleen maar. En het is van deze milde lach dat ons gevraagd wordt om deze te delen met de Heilige Geest en wat Jezus ons vraagt dat we gedurig aan zouden doen, om samen met hem naar het ego te kijken en ons te herinneren om te lachen met dat ‘nietig, dwaas idee’, omdat het probleem niet ‘het nietig, dwaas idee’ is dat we afgescheiden zijn van onze Schepper. Het probleem is niet het denksysteem van de afscheiding dat hieruit is ontstaan. Het probleem is dat we dit heel serieus hebben genomen. En wanneer je iets of iemand heel serieus neemt dan zal je nooit zachtmoedig zijn.

De zachtaardige vriendelijkheid, want zachtmoedigheid en vriendelijkheid gaan hand in hand, deze zachtaardige vriendelijkheid waar Jezus om vraagt en die Jezus ons aantoont en dan aan ons vraagt om dit aan iedereen aan te tonen, wordt geboren uit de gedachte dat het ego niets is. De wereld die voortgekomen is uit het ego is niets, wat betekent dat het geen macht heeft om de liefde en de vrede van God van ons af te nemen.

En dat is het sleutelbegrip voor vergeving: niets wat de wereld heeft gedaan of dat iemand heeft gedaan of dat wijzelf hebben gedaan of onszelf van beschuldigen dat wij gedaan hebben, heeft enige macht om de liefde en de vrede van God van ons af te nemen. Het is wanneer we ons er bewust van worden dat we werkelijk zachtaardig kunnen zijn tegenover elkaar, dat we werkelijk zachtaardig kunnen zijn tegenover onszelf en dat, wanneer we de zachtmoedige woorden van deze zachtmoedige cursus lezen van onze zachtmoedige leraar dan kunnen we zijn zachtmoedigheid waarderen en er dankbaar voor zijn. We herkennen het en vooral we zouden onszelf ermee identificeren. En dan zouden we die zachtmoedigheid nemen waarvan we voelen dat Jezus dit aan ons demonstreert en laten we het eenvoudig door ons uitbreiden, omarmen we onszelf en iedereen die we ontmoeten of zelfs maar aan denken.

dinsdag 3 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Een theoretische fundering zoals de tekst die verschaft, is nodig als raamwerk om de oefeningen in dit werkboek zinvol te maken. Het is echter het doen van de oefeningen dat het doel van de cursus mogelijk zal maken. Een ongetrainde geest kan niets bereiken. Het is het doel van dit werkboek je geest te trainen om te denken volgens de richtlijnen die de tekst uiteenzet.

maandag 2 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Het werkboek is verdeeld in twee hoofdgedeelten: het eerste deel behandelt het ongedaan maken van de manier waarop je nu ziet en het tweede deel behandelt het verwerven van ware waarneming. Met uitzondering van de herhalingsperioden zijn elk van de dagelijkse oefeningen ontworpen rond één centraal idee, dat eerst wordt aangegeven. Dit wordt gevolgd door een beschrijving van de specifieke werkwijzen waarop het idee van die dag dient te worden toegepast.

zondag 1 maart 2015

Verwijzing uit De Verdwijning van het Universum naar Een Cursus in Wonderen


Er is geen leven buiten de Hemel. Waar God leven heeft geschapen, daar moet leven zijn. In elke toestand die losstaat van de Hemel is leven een illusie. Op zijn best lijkt het op leven, op zijn slechtst op de dood. Toch zijn dat allebei oordelen over wat het leven niet is, even onjuist en even zinledig. Leven dat niet in de Hemel is, is onmogelijk en wat niet in de Hemel is, is nergens. Buiten de Hemel geldt alleen het conflict van de illusie: zinloos, onmogelijk en totaal onredelijk en toch als een eeuwig struikelblok op weg naar de Hemel gezien. Illusies zijn maar vormen. Hun inhoud is nooit waar.