zondag 25 november 2018

Les 71 - Alleen Gods verlossingsplan zal werken – deel 2


(4) Zo ziet het plan van het ego voor jouw verlossing eruit. Je kunt zeker wel zien hoe het zich strikt houdt aan de grondregel van het ego: ‘Zoek, maar vind niet.’ Want wat kan met grotere zekerheid garanderen dat je geen verlossing zult vinden, dan al je inspanningen erop te concentreren haar te zoeken waar ze niet is?

Herinner je dat het ego wil dat we niet weten dat we een denkgeest hebben omdat we ons dan zouden realiseren dat we anders kunnen kiezen wat het einde betekent van het ego en van ons speciale zelf. Daarom zoeken wij naar verlossing waar het niet gevonden kan worden. Merk op hoe Jezus ons geleidelijk aan tot deze bewustwording heeft gebracht, zowel op het intellectuele vlak als op het niveau van de ervaring. Hij wil dat we weten hoe we de wereld gebruiken om ons af te leiden van de vrede waar we naar trachten, zoals we in de volgende passage uit de tekst kunnen lezen:

Niemand komt hier zonder nog hoop, een of andere langslepende illusie of een droom te hebben dat er buiten hem iets is wat hem geluk en vrede brengen zal. … En zo doolt hij doelloos rond, op zoek naar iets wat hij niet vinden kan en gelovend dat hij is wat hij niet is. De langslepende illusie zal hem ertoe aanzetten duizenden afgoden op te zoeken en daarachter op zoek te gaan naar duizenden meer. (T. 29. VII. 2:1, 5-3:1)

(5:1-2) Gods verlossingsplan werkt eenvoudig omdat je, door Zijn leiding te volgen, naar verlossing zoekt waar ze is. Maar als je daarin wilt slagen, zoals God jou dat belooft, moet je bereid zijn alleen dáár te zoeken.

Iedereen die Een Cursus in Wonderen bestudeert zal zeggen: ‘Natuurlijk wil ik de Heilige Geest volgen (de betekenis hier van God); natuurlijk wil ik vergeven. Toch moeten we ook alert blijven op onze affectie met onze speciaalheid want verlossing is zonder compromis zoals duidelijk omschreven in de tekst in het deel ‘Verlossing zonder compromis’ over de poging van het ego om tegelijkertijd aan te vallen en lief te hebben:

Verlossing is niet een of andere vorm van compromis. Compromissen sluiten is genoegen nemen met slechts een deel van wat jij wilt: een beetje nemen en het opgeven van de rest. … Laat slechts het idee van een compromis toe en het besef van het doel van verlossing gaat verloren omdat het niet wordt herkend. Het is ontkend waar het compromis wordt aanvaard, want een compromis is de overtuiging dat verlossing onmogelijk is. Het houdt vol dat je een beetje aan kunt vallen, een beetje lief kunt hebben én kunt weten wat het verschil is … Deze cursus is makkelijk, juist omdat hij geen compromissen sluit. … Vergeving kan iemand niet een beetje worden onthouden. Evenmin is het mogelijk omwille van het ene aan te vallen en omwille van het andere lief te hebben én vergeving te begrijpen. (T. 23. III. 3:1-5, 5-7; 4:1,5-6)

(5:3-4) Anders is je doel verdeeld en probeer je twee verlossingsplannen te volgen die in elk opzicht lijnrecht tegenover elkaar staan. Het gevolg kan alleen maar verwarring, ellende en een diep gevoel van mislukking en wanhoop zijn.

De eerste lessen van het werkboek hebben geleid naar uitspraken zoals deze twee zinnen. De lessen hebben ons geholpen te begrijpen dat er geen uiterlijke wereld is en dat wat we buiten ons zien een projectie is van wat binnen in ons is. Les 22 zegt ons hoe het onze aanvalsgedachten zijn die deze wereld maken. Jezus heeft dus onze denkgeesten erin getraind te begrijpen dat het probleem zich in onze denkgeest bevindt niet in ons lichaam of brein.

Ook interessant om naar te kijken is de overeenkomst tussen de tekst en het werkboek. Alhoewel de ontwikkeling in elk boek anders is zijn de kerngedachten in elk ervan aanwezig. Bijvoorbeeld het punt dat Jezus hier stelt loopt gelijk met de volgende passage in de tekst:

Het leerplan van de Verzoening is het tegendeel van het leerplan dat jij voor jezelf hebt opgesteld, maar dat geldt ook voor de resultaten ervan. Als het resultaat van jouw leerplan je ongelukkig heeft gemaakt en als jij een ander wilt, dan is het duidelijk dat een verandering in het leerplan noodzakelijk is. De eerste verandering die aangebracht dient te worden is een verandering van richting. Een zinvol leerplan kan niet inconsistent zijn. Als het ontworpen is door twee leraren die ieder in lijnrecht tegenover elkaar staande ideeën geloven, kan het niet één geheel vormen. Als het door deze twee leraren tegelijkertijd wordt uitgevoerd, staat het ene alleen het andere maar in de weg. …

De totale zinloosheid van een dergelijk leerplan moet ten volle worden ingezien voordat een werkelijke richtingverandering mogelijk wordt. Je kunt niet gelijktijdig van twee leraren leren die het over alles volslagen oneens zijn. Hun gezamenlijk leerplan stelt jou voor een onmogelijke taak. Ze onderwijzen jou totaal verschillende dingen op totaal verschillende wijzen, wat nog mogelijk zou kunnen zijn, ware het niet dat ze jou allebei onderwijzen over jouzelf. Jouw werkelijkheid wordt door geen van beiden beïnvloed, maar als jij naar beiden luistert, zal je denkgeest gespleten raken over wat jouw werkelijkheid is. (T. 8. I.5:1-6; 6)

(6) Hoe kun je aan dit alles ontsnappen? Heel eenvoudig. Het idee voor vandaag is het antwoord. Alleen Gods verlossingsplan zal werken. Hierover kan geen werkelijk conflict bestaan, omdat er geen bestaanbaar alternatief voor Gods plan is dat jou zal verlossen. Zijn plan is het enige waarvan het resultaat vaststaat. Zijn plan is het enige dat niet anders kan dan slagen.

De keuze is geen doordenkertje. Slechts één plan zal ons het einde van lijden en ellende brengen. Dit heeft echter geen enkele betekenis tenzij herkent wordt dat het probleem zich in de denkgeest bevindt, de bron van alle lijden. Daarom legt het werkboek zo’n nadruk op de rol van de denkgeest in de verlossing.

(7) Laten we ons vandaag bekwamen in het herkennen van deze zekerheid. En laten we ons verheugen dat er een antwoord bestaat op wat een conflict lijkt waarvoor geen oplossing mogelijk is. Voor God is alles mogelijk. Op grond van Zijn plan, dat niet mislukken kan, moet verlossing wel jouw deel zijn.

De vreugde bij het maken van de juiste keuze is de ultieme motivatie om die keuze te maken. Het einde van conflict is het einde van lijden en ellende en het begin van vreugde en geluk. Jezus wordt het nooit moe ons te herinneren aan het vreugdevolle resultaat wanneer we het Antwoord kiezen.

(8:1-2) Begin de twee langere oefenperioden voor vandaag door het idee van vandaag te overdenken, en je er bewust van te zijn dat het uit twee delen bestaat, die elk een gelijkwaardige bijdrage leveren aan het geheel. Gods plan voor jouw verlossing zal werken en andere plannen niet.

Die laatste clausule is de boosdoener. We zijn wel bereid het eerste te accepteren als we maar niet het tweede deel ook moeten accepteren. Het is dus jammer voor het ego dat verlossing geen overeenkomst aangaat. We hebben reeds eerder gezegd dat in Een Cursus in Wonderen een ‘ja’ ‘niet nee’ betekent.  ‘Ja’ zeggen tegen het plan van God betekent ‘nee’ zeggen tegen dat van het ego en het denksysteem dat de oorsprong is van ons bestaan verwerpen. Moet hierbij gezegd worden dat dit de basis vormt van onze weerstand om de leer van Jezus te aanvaarden? Deze regels weerspiegelen daarom de onbuigzame aard van het gedachtegoed van de Cursus: waarheid is werkelijk en niets anders is dat; Christus is onze ware Identiteit, het ego is een illusie. We zullen doorheen het hele werkboek nog op dit principe terugkomen.


(wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten