maandag 30 oktober 2017

Dag 12 van de reis door het werkboek van een cursus in wonderen

De meest fatsoenlijke manier om te werken met het werkboek.

Vraag: Je hebt allerlei manieren vernoemd van hoe je met het werkboek kan omgaan, maar je hebt hierbij nog niet de meest geschikte manier vernoemd.

Antwoord: De meest geschikte manier om met het werkboek te werken is precies de manier waarop jij het doet: als een volledig ontwikkeld ego - wat we allemaal zijn - en in plaats van hier beschaamd in te zijn, simpelweg je gedrag observeren.
Iedereen heeft een autoriteitsprobleem. Indien we dat niet hadden dan zouden we hier ook niet zijn.
In het tekstboek zegt Jezus dat het autoriteitsprobleem ‘de wortel is van alle kwaad’ (T. 3. VI. 7:3) wat een andere manier is om te zeggen dat dit het begin is van alle zonde.
Iedereen die hier is, is in een strijd met God verwikkeld, zoals les 13 hierop wijst.
Een ‘normale’ manier om met het werkboek te werken is door het te doen zoals het vooropgesteld is en dan kijken hoe jij probeert deze vooropgezette regels aan banden te leggen en jezelf wijs te maken dat er niets mis mee is als je ze naar jouw manier ombuigt. Deze kleine ombuiging kan wel voldoende zijn om een kloof te maken waardoor de afstand tussen God en jou bewaard blijft.

Het werkboek stelt inderdaad maar weinig regels op, maar een ervan is om niet meer dan een les per dag te doen hoe verleidelijk het ook kan zijn om er twee per dag te doen. Vele jaren terug bezochten Gloria en ik Bill (Thetford) en Judy (Skutch) in Californië. We woonden er een wekelijkse cursusbijeenkomst bij. Op een bepaald moment was er een jonge vrouw die heel fier vertelde dat zij een manier gevonden had om het hele werkboek in één dag te doen. Ze had de 365 lessen genomen en had deze gedeeld door het aantal uren en minuten van een dag en slaagde hierdoor erin het hele werkboek in 24 uur te doen. Ik herinner me nog steeds de stilte in de kamer. Bill en ik keken naar beneden, maar we onze blik kruiste elkaar even. Niemand zei iets. De arme vrouw had zo’n haast om verlost te zijn dat zij de allereerste pagina niet had gelezen waarin geschreven staat niet meer dan een les per dag te doen. Dit is een extreem voorbeeld, maar misschien betrap jij jezelf er wel op dat je iets gelijkaardigs doet, niet wat de vorm betreft, maar wel rond de inhoud door de regels om te buigen.

We dienen ons te realiseren dat dit een andere manier is om aan de autoriteit duidelijk te maken dat ‘ik je wel een deel van mijn dag wil geven, maar niet helemaal.’ Nogmaals, wanneer we oprecht werken met het werkboek dan is de kans vrij groot dat we zullen geloven dat het inderdaad Jezus is of de Heilige Geest die ons de Cursus heeft gegeven en dat hij niet van een aardse bron afkomstig is; dat wij er zoveel respect voor hebben dat we ervoor gekozen hebben om er tijd en energie aan te besteden zodat wij van deze grootse wijsheid kunnen leren.
Maar we moeten onszelf wel in de gaten houden dat we, net zoals we met God hebben gedaan, het niet op een akkoord gooien met deze grote wijsheid. Elke formele religie heeft zich schuldig gemaakt aan het opleggen van regels en wetten. Het uitvoeren van een ritueel is een manier om tot God te zeggen: ‘Ik wil het op een akkoord gooien met U. Ik zal uw heilig boek lezen, de rituelen uitvoeren waar U om vraagt en in ruil daarvoor zal U van mij houden en mij verwelkomen.’
Deze overeenkomst maken we ook met Een Cursus in Wonderen. Nogmaals we moeten het in de gaten houden hoezeer we proberen af te wijken van de instructies van het werkboek en ons dan afvragen waarom we onszelf stellen tegenover Jezus en met hem willen argumenteren. Waarom we bijvoorbeeld denken dat wij een beter werkboek dan het zijne kunnen schrijven? Het is nodig dat wij deze dynamiek in onszelf erkennen, maar wel zonder hierover te oordelen.

Om samen te vatten: de gewone manier om met het werkboek te werken is door het te doen met dezelfde ego-basis als je met alles doet, maar hierbij jezelf observeren zonder jezelf te veroordelen. 

Les 95 geeft een uitstekende beschrijving van hoe te werken met het werkboek.

Wanneer je oprecht tegen Jezus zou zeggen: ‘Ik probeer een beetje gluiperig te zijn, me voor jou in te houden en te bewijzen dat ik het beter weet dan jij, maar ik weet nu ook dat je mij hiervoor niet zult veroordelen’, dan zou dit een prachtige manier zijn om het proces van vergeving te begrijpen: dat onze zonden tegenover God nooit en ook nooit effect zullen hebben. Je kan dus de hele tijd door ‘zondigen’ tegen het werkboek en tegelijkertijd leren dat jouw zonden tegenover Jezus en zijn cursus totaal geen effect hebben. Dat is de ‘zuivere’ manier om het werkboek te doen. Zo kan de echte waarde van het werkboek gevonden worden in het feit dat men in staat is het op een ‘zondige’ manier te doen, maar er tevens bewust van te zijn dat we hier niet voor gestraft zullen worden. Jezus oordeelt niet over goed of slecht over jou, maar mogelijk ben jij je niet bewust van dit beeld. 
(wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten