donderdag 26 oktober 2017

Dag 10 van de reis door het werkboek van een cursus in wonderen

Projectie nader bekeken:

Een ander aspect dat behulpzaam kan zijn is het werkboek in het licht te stellen van projectieve testen. Dit zijn testen die door psychologen bij proefpersonen of patiënten toegepast worden door hen te vragen hun eigen gedachten en waarnemingen te projecteren op verschillende voorwerpen. De meest bekende onder deze testen is de inktvlekkentest van Rorschach, een serie van tien doelbewuste inktvlekken die gemaakt zijn door de Zwitserse psychiater Herman Rorschach in het begin van de twintigste eeuw. Zijn idee was om beter te kunnen begrijpen hoe zijn patiënten zichzelf en de wereld waarnemen en hoe zij hier tegenover staan. Rorschach was geïnteresseerd in hoe mensen in het algemeen waarnemen. Hij maakte honderden inktvlekken en koos daaruit uiteindelijk tien vlekken die naar zijn mening het beste waren voor het doel dat hij hiermee had. Sommige kaarten waren zwart/wit terwijl anderen in kleur waren. In essentie waren ze allemaal vormloos. Rorschach was het meest geïnteresseerd in hoe deze prikkels gezien werden (inhoud) en minder in wat gezien werd (vorm). De kerngedachte van een projectieve test is een onderwerp blootstellen aan een prikkel en hierop de reactie zien. Door deze reacties te analyseren kreeg de psycholoog een beter idee over de gedachtegang.
Wat ik hiermee wil zeggen is dat we op dezelfde manier naar onze reacties op het werkboek kunnen kijken. De grootste waarde die het doorlopen van de werkboeklessen heeft, heeft niet zozeer te maken met het specifieke trainingsprogramma ervan -  alhoewel dit duidelijk wel belangrijk is, de ware genezing ligt eerder in het vermogen hoe wij controle uitoefenen op onze reacties op de oefeningen. Dit wil ik nu uitleggen.

De dwangmatige aanpak:
We hebben gemerkt dat vele studenten ernaar streven om het werkboek perfect te doen: ‘Ik wil de beste Cursusstudent zijn die er is.', 'Ik zal het werkboek op de letter gehoorzamen.',  'Als Jezus zegt dat ik zes keer per uur aan God moet denken dan doe ik dat ook!’
Sommige studenten schaften zich zelfs een polshorloge met alarm aan met de bedoeling wanneer de klok bijvoorbeeld twaalf uur sloeg zij hun werkboekles niet zouden vergeten. Hierdoor werd de training van de geest helemaal uit het oog verloren. Het doel van het werkboek is om onze denkgeest erin te trainen om aan God te willen denken, om Hem en de Heilige Geest als onze Vriend te zien zodat we er naar verlangen meer tijd met Hen door te brengen, bij Hen te zijn en ons tot Hen te wenden wanneer we het moeilijk hebben. Hier is onze denkgeest niet op getraind. Je door middel van een alarm de les herinneren haalt het doel van de werkboeklessen omlaag en omzeilt op die manier de training.
De behoefte om perfect te zijn ondersteunt het idee, bewust of onbewust, dat Jezus daar boven in de Hemel op een tabel het aantal keren bijhoudt dat we zijn heilig woord vergeten zijn. We moeten dit werkboek perfect doen zodat hij niet boos zal worden op ons. Dit betekent dat we ten prooi gevallen zijn aan de onderliggende gedachte die reeds eerder werd vernoemd namelijk dat God, de Heilige Geest of Jezus boos zouden zijn. En waarom? Omdat we zielige zondaars zijn die onze rug hebben gekeerd naar hun Liefde. We hebben dus nu dit heilig boek dat Jezus ons gaf nodig en we voelen de verschrikking dat we ook dit ontrouw zullen worden, net zoals we dit in de eerste plaats met God hebben gedaan.

We vergeten de titel van de les, mogelijk vergeten we zelfs dat er een les is. Veel mensen die er prat op gaan over een goed geheugen te beschikken, realiseren zich tot hun verbazing dat ze in een beginfase van een plotselinge dementie zitten omdat men zelfs niet één zin kan onthouden. Ze kunnen tientallen telefoonnummers opnoemen, maar wanneer het aankomt op 5, 6 tot zeven woorden, is hun denkgeest helemaal blank.
Het is deze grote angst om opnieuw voor de Liefde te falen die veel studenten er toe aanzet om de lessen perfect te willen doen. Wanneer jij jezelf hier ook op betrapt, herinner je er dan aan dat de verborgen regel hiervoor is dat jij je een verschrikkelijke zondaar voelt en dat de schuld jou leert dat als je niet voorzichtig bent God je te pakken zal krijgen. Om aan Zijn wraak te ontkomen sluit je een overeenkomst met Hem af , een overeenkomst die niet meer of niet minder is dan de overeenkomst van speciaalheid die we allemaal met onze boze Vader hebben gesloten, een overeenkomst die zegt dat als wij ons correct gedragen, als we brave jongetjes of meisjes zijn (zoals bijvoorbeeld door het werkboek van Jezus perfect te doen) God onze goedheid, ons braaf zijn en onze onschuld zal zien en Hij genade zal hebben met ons en ons niet zal straffen. Dit is de onderliggende gedachte bij de studenten wanneer het erop aankomt om het werkboek perfect te doen.

We kunnen ook zien hoe het werkboek heel bruikbaar is als een technisch middel voor projectie. Observeer de wisselwerking tussen het werkboek en jezelf wanneer je probeert om het zonder fouten te doen. Het is interessant te zien hoe veel mensen uit een fundamentalistisch of een sterk religieus milieu waar hun verteld werd dat als zij zich niet hielden aan Gods rituelen God hen zou straffen, zich nu richten tot Een Cursus in Wonderen. Of je nu opgegroeid bent als jood, protestant of katholiek, het idee was dat indien je niet deed wat God, de bijbel, de rabbi, de predikant of de priester je vertelden te doen God dan heel boos zou zijn. Veel mensen zijn omwille hiervan uit hun geloof gestapt omdat ze zich er bewust van werden dat dit complete onzin was en dat God niet op deze manier denkt. En dan komen ze bij Een Cursus in Wonderen, brengen hun oude getrainde geest mee en doen weer precies hetzelfde. Ze zien het werkboek als een serie rituelen die op religieuze manier moeten uitgevoerd worden. Nochtans zegt Jezus heel duidelijk dat rituelen niet zijn voorkeur hebben ook al is het werkboek heel gestructureerd opgebouwd en is men geneigd het als ritueel te benaderen en de kans bestaat dat het een nieuwe serie van ‘moeten’ wordt.

Een andere manier voor deze dynamiek is de beslissing dat je niet aan les 2 zal beginnen als je les 1 nog niet perfect onder de knie hebt. Vele, vele jaren terug, in de eerste jaren na de publicatie van de Cursus eigenlijk, kwam een groep mensen die werken met de Cursus naar mijn huis om enkele vragen te stellen. Onder hen was een zeer toegewijde jonge man, student van de Cursus, die heel fier tot de hele groep uitriep dat hij nu al 28 dagen werkte met het werkboek en nog steeds bij les 1 was en dat hij er voor zou gaan tot hij de les perfect zou kennen. Nogmaals dit grijpt totaal naast de doelstelling van de training van de geest. Het is dezelfde mentaliteit van 'ik moet het perfect doen'. Ik garandeer je dat als je les 1 perfect kunt doen je niet langer de overige 364 lessen nodig zult hebben en dat je geen  behoefte meer zult hebben aan het bestuderen van de tekst. Je zou de Cursus dan helemaal niet meer nodig hebben. Herinner je dat het werkboek is bedoeld voor mensen die net aan de reis zijn begonnen. Jezus gaat er van uit dat we kleine kinderen zijn, nieuw op de weg van verlossing en daarom verwacht hij van ons ook niet dat we perfect zijn. Hij maakt het in het werkboek heel duidelijk hoe ongedisciplineerd onze denkgeest is. Daarom hoef je de lessen ook niet perfect te doen.
Als een algemene regel is er volgend voorstel: als je de dag bent doorgekomen en je hebt het gevoel dat je de les geen recht hebt gedaan dan kan je er eventueel nog een dag, maximum twee dagen aan besteden. Ga daarna echter gewoon verder. Als je er bij de derde dag nog steeds moeite mee hebt is de kans groot dat er nog een diepe weerstand hiervoor in je is. Het slechtste wat je in dat geval kan doen is er je tegen verzetten. Aanvaard gewoon dat er iets in die les is die je beangstigd waardoor je blokkeert. Het beste wat je kan doen is verder gaan met de volgende les. Wat de blokkade ook mag zijn, je kan er van op aan dat deze weer aan de oppervlakte zal komen, niet alleen later in het werkboek, maar zelfs jaren later in je studie van de Cursus. Je hoeft er niet tegen te vechten en je hoeft het ook niet perfect te doen.

Een andere kwestie die in deze context om de hoek komt kijken is dat we ons afvragen of een les wel effect kan hebben wanneer we, als we de les doen, hier niets bij voelen. Er is geen enkele manier om vast te kunnen stellen of een les ons al dan niet helpt want wij zijn wel de laatste personen in de wereld die dit zouden kunnen weten. Dat bedoeld Jezus ook wanneer hij in het tekstboek zegt: ‘Sommige van je grootste vorderingen heb jij als mislukking aangemerkt, terwijl je sommige van je diepste inzinkingen als succes hebt bestempeld.’ (T. 18. V. 1:6)
Je kan maar best niet proberen je eigen werk te evalueren. Het is voldoende zo goed mogelijk je best te doen. Wat je moet leren bij het doen van het werkboek is dat verlossing niet zo moeilijk is en dat het ‘ongedaan maken’ zacht en vriendelijk gebeurt. Zo niet loop je het risico de vergissing van het ego reëel te maken.

De lukrake aanpak

Een andere manier van werken met dit werkboek heeft te maken met mensen die het werkboek volledig laten berusten op toeval, lessen overslaan, een les doen op de eigen manier of gewoon een les compleet vergeten. Dit is evengoed een uiting van angst en schuld. Mensen met een dwangmatige behoefte willen perfect zijn zodat God niet boos op hen zal zijn en hen zal vergeven. De keerzijde van dezelfde met schuld beladen benadering is dat studenten de magische hoop koesteren dat door het werkboek te vergeten God hen ook zal vergeten: het is dezelfde gedachte van zonde, schuld en angst voor de straf van God, maar dan gezien in een andere vorm. De hoop hierbij is dat als zij een nevel rond zichzelf kunnen vormen bij het doen van de werkboeklessen dit hen enerzijds zal beschermen tegen de bedreiging door het werkboek naar het ego toe, maar anderzijds dus ook naar God toe.

(wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten