maandag 30 oktober 2017

Dag 7 van de reis door het werkboek van een cursus in wonderen

De Heilige Geest, vriend, geen vijand.

Een van de basisaspecten van het denksysteem van het ego – het aspect in feite dat onmiddellijk geleid heeft tot het maken van het fysieke universum, is dat de Heilige Geest onze vijand is, om maar niet te spreken over Degene namens Wie Hij spreekt. Dit geloof is het onvermijdelijke resultaat van onze schuld die komt uit het geloof dat we gezondigd hebben tegenover onze Schepper, dat we Zijn Werkelijkheid hebben gestolen, dat we Zijn Kracht en Geest hebben gestolen, met andere woorden dat we Hem beroofd hebben van Zijn Leven. Dit houdt dus in dat ons bestaan - ook al zijn we ons hier niet bewust van - gesteund is op het geloof dat we Hem levenloos achtergelaten hebben. Zonde heeft dus alles te maken met deze gruwelijke daad die we gepleegd hebben. Bovendien leeft hierdoor een angstige gedachte voort dat God uit Zijn graf zal opstaan en ons zal vernietigen als straf omwille van ons handelen.

De vierde en laatste blokkade voor de vrede (T. 19. IV. D) heeft het over de angst voor God, de angst voor Zijn wraak waarvan het ego ons vertelt dat dit onvermijdelijk is. Om deze wraak te vermijden hebben we de denkgeest verlaten en hebben we een universum gemaakt waarin we ons kunnen verbergen. De gedachte van zonde werd zo in onze denkgeest weggedrukt en de bedoeling van de wereld en van onze lichamen is om de onderdrukking van deze gedachte, die de zekerheid van onze vernietiging inhoudt, te behouden. Daarom is geesteloos of onbewust zijn de voornaamste verdediging van het ego tegen onze verlossing.

Gezien we onszelf ervaren als een fysiek en psychisch wezen in deze wereld zijn we ons niet langer bewust dat deze vernietigende gedachte diep in onze geest verborgen is. Het ego vertelt ons dat als we ooit naar binnen zouden kijken we een maniakale, wraakzuchtige God zullen zien, klaar om ons in Zijn klauwen te grijpen en ons te vernietigen en het leven dat we van Hem hebben ontnomen terug zal nemen. Het resultaat hiervan is dat we niet langer over het leven zullen beschikken en in de gedachtegang van het ego is dit de straf voor de zonde. Om dit afschuwelijke einde te vermijden is een wereld gemaakt en zijn wijzelf onbewust.


Vermits wij God nu als onze vijand zien geldt hetzelfde voor de Heilige Geest omdat Hij binnen onze droom van afscheiding spreekt namens God. Deze waanzinnige gedachte handhaaft het universum en ons bestaan erin. Daarom bestaat een essentieel deel van het geest-trainingsprogramma erin ons te leren dat er een andere manier is om naar de Heilige Geest te kijken. In de eerste plaats dienen we inderdaad te leren dat er een Heilige Geest is, een liefdevolle Aanwezigheid van Gods Geest in onze denkgeest.

Het kan behulpzaam zijn om aan de Stem namens God te denken als zijnde de herinnering aan onze Bron die we meegenomen hebben in deze droom wanneer we in slaap gevallen zijn en deze verschrikkelijke nachtmerrie van zonde, schuld en angst is begonnen doordat we God van het leven beroofd hebben (zonde), hierdoor overweldigd zijn door zelfhaat (schuld) en bang voor de straf die we geloven dat we die van Hem zullen krijgen (angst). De correctie voor deze verschrikking is de herinnering aan wie we echt zijn als Kind van God.

Deze herinnering is echter nog verborgen in de denkgeest net zoals de gedachte van zonde, schuld en angst. We moeten daarom onderwezen worden dat er een denkgeest is en dat deze zowel de gedachte van de afscheiding bevat als het idee van de Verzoening, de vergevingsgedachte van de Heilige Geest.
Aangezien het werkboek het geest-trainingsprogramma is van de Cursus is een essentieel onderdeel ervan om ons te leren dat er inderdaad een Heilige Geest in ons is en dat Hij bovendien onze Vriend is en niet onze vijand. Niet alleen is de Heilige Geest onze Vriend, ook Zijn Bron - God Zelf - is onze Vriend. Het is behulpzaam in gedachten te houden dat Jezus, tot ons – alsof we kleine kinderen zijn - spreekt als onze oudere broer. Spiritueel gezien zijn we dat ook. Het maakt niet uit hoe oud we in leeftijd zijn, op spiritueel niveau zijn we in onze sociale, fysieke en psychische ontwikkeling amper kinderen. Liefdevol en zacht spreekt hij tot ons als onze leraar op een niveau die we kunnen begrijpen.

De kerngedachte die ons hier in deze wereld van illusie vastbindt is dat wanneer God ons zal vinden Hij ons ook zal vernietigen. Als de Heilige Geest ons vindt zal Hij ons bedriegen en als we de hand van Jezus nemen zal hij ons naar de vergetelheid brengen. We hebben daarom een trainingsprogramma voor de geest nodig die ons leert dat Zij onze Vrienden zijn, meer zelfs, ze zijn onze enige Vrienden. Daarom legt het werkboek er de nadruk op om je tot de Heilige Geest te richten. Hou hiervoor les 49 in gedachten: Gods Stem spreekt tot mij de hele dag.

De belangrijkste focus van het werkboek is ons te laten herkennen dat de Aanwezigheid van de Heilige Geest inderdaad in onze denkgeest is, een liefdevolle Aanwezigheid, een Aanwezigheid die voor ons zorgt. Net zoals een oudere broer een jongere broer troost die bang is voor een boze vader zo troost Jezus ons, zijn geliefde jongere broeders, die ook bang zijn voor een boze Ouder. Maar het is echter wel zo dat wijzelf deze boze Ouder gemaakt hebben. Hij leert ons daarom, als een oudere broer of zus zou leren dat we niet bang hoeven te zijn voor onze Vader, dat Hij van ons houdt en we gerust onze toekomst in Zijn Handen kunnen leggen. We kunnen Hem vragen wat we moeten doen. Hij zal het ons zeggen.

Er zijn in de Cursus vele plaatsen waar Jezus ons duidelijk maakt dat God Zelf geen weet heeft van ons bestaan, maar dat is voor ons die net begonnen zijn met onze terugreis naar huis niet echt behulpzaam. Een indrukwekkend aspect van de Cursus is dat hij tegelijkertijd op verschillende niveaus is geschreven. Het maakt niet uit waar we ons op de ladder van Verzoening bevinden, aan het begin of boven aan de top, we zullen er altijd iets in vinden dat ons kan helpen. De leringen in de Cursus – dat God niet weet van ons bestaan, laat staan dat Hij tegen ons zou spreken, dat Hij niet weet van een wereld die niet bestaat, behoort bij het bijna einde van de reis. De meesten onder ons zijn hier nog ver van verwijderd en hebben daarom een onderricht nodig op het niveau waarop we ons op de ladder bevinden.

Ons ego heeft ons doen geloven dat het werk van de Heilige Geest in deze wereld is om ons, omwille van onze schuld, te straffen. We hebben daarom op dit niveau een correctie nodig die zegt dat de Heilige Geest in ons leven betrokken is als een liefdevolle betrokkenheid, als onze Trooster, onze Vriend en onze Leraar en Hij ons niet zal kwetsen. 

(wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten