woensdag 14 april 2021

Les 105 ~ Gods vrede en vreugde behoren mij toe. Met commentaar door Jezus.

 



Gezegend ben jij. Ik ben degene die je kent als Jezus.

Zoals je misschien weet wordt de uitspraak ‘voor je vijanden bidden’ aan mij toegeschreven. Dat is precies waar deze les over gaat. Het gaat er over je vijanden datgene te wensen wat je ook voor jezelf wenst omdat in dat gebed de afscheiding ongedaan gemaakt wordt. Je weigert een vijand als vijand te zien, je weigert zonde als werkelijk bestaand te zien, je weigert de overtuiging dat er verschillende behoeften zijn tussen je broeder, je zuster en jezelf.

We zijn allen gelijk. Wij zijn allen kind van God. Elk van ons verdient het om in vrede en vreugdevol te zijn. Het is ons geboorterecht!

En om vrede en vreugde te kunnen hebben bied ik jou vrede en vreugde aan.

Wanneer je een vijand de waarheid van deze les ontkent, ontken je ook voor jezelf de vrede en vreugde. Je negeert voor jezelf precies datgene wat jij van hem afwijst omdat je in je broeders en zusters ziet wat je in jezelf ziet. En als jij in jouw broeder of zuster ziet dat hij of zij een heilig kind van God is die net als jij verbonden is met het goddelijke, dat zij door hun zijn alleen al verdienen om in vrede en vreugdevol te zijn, dan zal je dat ook voor jezelf kunnen zien.

Zie jij jouw broeder of zuster echter als zondig, afgescheiden van God, afgezonderd, alleen, geen recht hebbend op, dan maak jij die eigenschappen ook voor jezelf groter. Dat is hoe creatie werkt, bijzonder krachtig. Je krijgt wat je geeft.

Als je opgegroeid bent in de materiële wereld van de 3e dimensie is dit moeilijk te aanvaarden omdat er geleerd wordt dat je kwijt bent wat er gegeven is. Maar dat is niet zo en we hebben het trouwens niet alleen over materiële zaken. De training in het materialisme schiet zichzelf hier als het ware in de eigen voet omdat men ervan uitgaat dat iets geven altijd op een fysieke, materiële manier is. Het kan echter evengoed een liefdevolle gedachte zijn, een gebed, een idee. Dit zijn de onvergankelijke dingen, gedachten, ideeën, gevoelens. Het zijn de niet-fysieke dingen die aanleiding vormen voor de materiële, de stoffelijke wereld.

Je moet dus niet alleen waarde hechten aan het tastbare. Onthoud dat het fysieke, het tastbare ontstaat vanuit het onstoffelijke, het niet-fysieke.

Wees dus kwistig met liefde voor jezelf en voor anderen. Bid voor je vijanden want zo verschrompelt de overtuiging van afscheiding en angst in jouw denken en toon je dat je de wetten begrijpt die hier onderwezen worden.

Ik ben degene die je kent als Jezus. Ik zie je morgen weer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten